Vloeiweide

hhBest

Beginpagina

Verzetsdrama kostte hier 16 Nederlanders het leven

De wonderbaarlijke stilte in een natuurgebiedje bij Breda

Twee keer ben ik er naar op zoek geweest, twee keer kon ik het niet vinden, zo wonderbaarlijk ligt het natuurgebied De Vloeiweide verstopt in de driehoek Breda-Rijsbergen-Etten. Het wonderbaarlijke zit ‘m  in het feit dat die driehoek niet  meer is dan een uitloopgebied van de stad; aan twee kanten ook nog eens begrensd door autosnelwegen. En in het gegeven dat het er ondanks dit alles nog zo stil is.
Vloeiweide
De eigenlijke Vloeiweide is stiltegebied en als zodanig niet toegankelijk verklaard.

23|04|07
Vroeger – en daarmee denk ik aan meer dan een halve eeuw geleden – zou het bereiken van De Vloeiweide vanuit de richting Breda, over de Rijsbergseweg geen enkel probleem zijn geweest. Ter hoogte van de toenmalige  Kinderkolonie De Krabbenbosschen sloeg je rechtsaf een koolpad in en dan kwam je er vanzelf. Dat pad is nu onvindbaar doordat de eigenaar van het natuurgebied, het Brabants Landschap, de eigenlijke weidegronden tot (ontoegankelijk) stiltegebied heeft verklaard. Verharde wegen leiden je eromheen of ze lopen dood. Geen enkel bordje of aanwijzing.

Monument
Het monument in de bakstenen plattegrond van de boswachterswoning.

Sintelweg

Als je het niet meer weet, ga je Googlen. Via een uitgezette fietstocht door de Baronie van Breda kwam ik de Vloeiweide weer op het spoor om vervolgens de exacte locatie te bestuderen op Google Maps. Vanaf de eerste rotonde in Rijsbergen moet je de Ettenseweg op; na ’n paar kilometer is het rechtsaf de Hellegatweg in. Google noch navigator weten van de naam Vloeiweide, maar het gebied ligt aan het einde van de Sintelweg, ooit zoals de naam aangeeft half verhard met koolas, nu met grint. Nu pas, nadat ik er geweest ben en het kaartje opnieuw bekijk, komt me helder voor de geest te staan wat er is gebeurd: de Sintelweg liep oorspronkelijk vanaf de Rijsbergseweg (Krabbenbosschen) via de Vloeiweide naar de Hellegatweg en de Ettenseweg.  Ze is nu door het gesignaleerde stiltegebied onderbroken.

Vanwaar al die moeite, vanwaar dat onstuitbare verlangen, weer eens op De Vloeiweide te zijn? Het heeft allemaal met het verleden te maken; met jeugdherinneringen, ten nauwste verbonden met de oorlog en het drama dat zich op

   

4 oktober 1944 op die Vloeiweide heeft afgespeeld.

In een bakstenen reconstructie van de plattegrond van een huis, waarin naaldbomen zijn geplant en lelietjes der dalen en ’n enkel vergeetmijnietje bloeien,  staat een forse gedenksteen, waarop in de stijl van de latere jaren veertig, gedeeltelijk nog in de spelling van voor die van Marchant (1934) het verhaal wordt verteld. Ik neem de tekst letterlijk over:

Gedenksteen

IN MEMORIAM

ter nagedachtenis aan den heldendood
van
PAUL WINDHAUSEN EN ZIJN MAKKERS
J. Oberg, R. v.d. Boogaard, H., v.,d. Sande, H. Touw

Zij bedienden en bewaakten in deze woning de radiopost van den Orde-dienst.
Werden door een overmacht aangevallen en sneuvelden hier op 4 October 1944.

Hierbij verloren mede het leven, de Vrouw en drie kinderen van den boschwachter Neefs.

Alsmede tot aandenken aan het heldhaftig sterven van:
hun medestrijders
H. Brautigam, J. Bakker, C. v.d. Boogaard, J. v.d. Heuvel, H. Hofman, J. Nelissen, F. de Visser, J. de Vries

Zij werden hier gevangen genomen en op de schietbaan in het Mastbosch bij Breda gefusilleerd op 5 October 1944.

Voorbijganger die dit leest, wil bedenken deze grond, waarop gij staat, is gewijd door Nederlandsch bloed.

Zij stierven voor U. Leef gij voor hen en voor de idealen, waarvoor zij zich gaven.

Het eerste wat ik bij het herlezen van dit verhaal dacht: was het destijds ook maar zo moeilijk vindbaar geweest.
Er zijn verschillende lezingen van deze geschiedenis in omloop. Sommigen zagen aanleiding het te romantiseren; Johan Diepstraten schreef er een kinderboek over. Ik neem mij voor, ten behoeve van ‘meer werkelijkheid’ nog eens op onderzoek te gaan.

De leider van de verzetsgroep, Paul Windhausen, was tekenleraar aan het Onze Lieve Vrouwelyceum in Breda. De straat waaraan deze school ligt is na de bevrijding naar hem genoemd. Meer over (de kunstenaarsfamilie) Windhausen is elders op deze site te lezen.

Jam

De woning, waarvan de gedenksteen spreekt is het huis van boswachter Neefs. Volgens één van de verhalen, wist hij te ontkomen. Zijn vrouw en drie kinderen zaten in de kelder en zouden zich met inmaakjam hebben ingesmeerd, om bij de Duitse belagers (en Nederlandse verraders?) de indruk te wekken dat ze gewond waren. Voordat de tegenstanders het huis in brand staken, zou er een vuurgevecht  van ongeveer twee uur hebben plaatsgevonden. Daarbij sneuvelden, vlak voor de bevrijding van Breda, ook vijf Duitsers.

Op een gegeven moment moet Windhausen zich met een witte  doek naar buiten hebben begeven om voor de vrouw en de kinderen een vrije aftocht te vragen. Hij werd zonder pardon doodgeschoten. Eén onderduiker ontkwam later aan de fusillade in het Mastbosch (omdat-ie geen verzetsstrijder was), maar moest er wel getuige van zijn. Inclusief de boswachtersvrouw en de drie kinderen, stierven zestien Nederlanders.

 

Natuurlijk is er na de oorlog ook kritisch geschreven over ‘onverantwoorde risico’s’ die de verzetsgroep zou hebben genomen en zelfs het Kuifjeachtige gedrag dat zij zou hebben vertoond. Maar dat blijft praat achteraf en tast voor mij het wezen van de sobere tekst op de gedenksteen niet aan.

Met één van de de daarop vermelde gesneuvelden, Harry van de Sande, hadden wij als jongeren een bijzondere band: Hij kwam evenals wij uit ’t Ginneken  (sinds 1943 een stadsdeel van Breda). Wij noemden onze voortrekkersgroep (oudste categorie scouts) naar hem: Harry van de Sandestam. De band hield ook in, dat wij elk jaar, op de eerste zondag na 4 oktober, assistentie verleenden bij de gebedsdienst (toen nog h.mis), die dan op de Vloeiweide werd gehouden. De nacht tevoren kampeerden we daar. Volgens bronnen die nu op het internet te vinden zijn, bestaat de herdenkingstraditie nog steeds.

Ruïne
De ruïne van het boswachtershuis zoals die nog jaren na de bevrijding is blijven staan. Let op de tientallen kogelgaten. De foto, waarvan de maker onbekend is, staat op het internet.
Kaart
Googlemaps. De tekst Vloeiweide heb ik zelf aangebracht.

Ik sta voor het monumentje en zou durven zweren dat het sindsdien een kwartslag is gedraaid en enkele meters is verschoven in de richting van de plek waar ooit het boswachtershuis stond. Ook heb ik de indruk dat het ‘grondplan’ kleiner is dan het huis in werkelijkheid was. Het ‘andere’ zit ‘m ook in de volle manifestatie van de lente: het frisse groen, de bloeiende lelietjes, de vogels die de stilte accentueren. Toen was het herfst en vlamden de Amerikaanse eiken.

Tegenover het monument, tussen de heesters, staat een bank. Je hoeft de oorlog niet te hebben meegemaakt, om onder de indruk te raken van deze bijzondere plaats. Ik was blij de Vloeiweide weer te hebben gevonden.

In de auto, rijdend richting Etten, hoorde ik een stuk uit Händels Messiah: ‘A Child is born’. Hoe staat het er ook weer in dat aandoenlijke Nederlands? ‘Leef gij voor hen’.

Guido t’Sas

Naar boven

Reacties op Dorpsplein

Email auteur

Meer 'Geschiedenis' op deze site