Home hhBest
hhbest

De rijkdom van het roomse leven opgepoetst

Feest van herkenning - Restauratie neogotische kerk in Helvoirt maakt veel herinneringen los

steiger

Door Guido t'Sas
29|02|03
In 2003 was het 100 jaar geleden dat in het Brabantse Helvoirt de Sint-Nicolaaskerk werd geconsacreerd, zoals dat in r.-k. vaktaal heet. Het is een van die neogotische godshuizen (Domus Dei, Porta Caeli - Huis van God, Poort van de Hemel), die tussen 1853 en ca. 1910 in het toen zo goed als godsdienstvrije Nederland zijn gebouwd. In '53 was immers de Bisschoppelijke Hiërarchie in dit land hersteld, een feit dat wordt beschouwd als het begin van de emancipatie van de katholieken. En die zou leiden tot het Rijke Roomsche Leven, zoals beschreven door Michel van der Plas en geparodieerd door wijlen Fons Jansen in zijn cabaretprogramma De lachende kerk.

 

 

restauratie

Dit emancipatieproces heeft wel honderd jaar, dus zeg maar tot diep in de jaren vijftig van de vorige eeuw, geduurd. Het is ook wetenschappelijk maar uiterst boeiend in barokke taal beschreven door de Nijmeegse hoogleraar, historicus en 'roomse gewetensvormer' dr. L.J. Rogier in zijn standaardwerk Katholieke Herleving.

 

bladgoud

De bouw en inrichting van nieuwe kerken is in de eerste helft van die emancipatieperiode een belangrijk middel geweest voor de rooms-katholieken om uit te drukken: 'We zijn er weer'. Misschien wel het belangrijkste, want binnenskamers mocht alles, daar buiten nog steeds niets. Tot na de tweede wereldoorlog kwam het voor dat protestants-christelijke personen bij de politie aangifte deden van overtreding van het processieverbod! De roomsen waren dan 'met die godslasterlijke ouwel, opgeborgen in een gouden monstrans, in optocht door het dorp getrokken'! Zowel Amsterdam als Breda kende een stille omgang (bij donker, in de vroege uren) ter herdenking van 'sacramentswonders'.

De kerken. De Sint-Nicolaaskerk in Helvoirt had dus vorig jaar haar eeuwfeest moeten vieren, maar dat is uitgesteld tot de zomer van 2004 als de restauratie

Gewelf

klaar is. Met groot enthousiasme wordt daar momenteel het met (atelier)kunst rijkelijk behangen en beplakte interieur centimeter voor centimeter gerestaureerd. Ontdaan van kaarsenwalm en wierookroet. De Helvoirtse kerk is ontworpen door de Limburger Hubert van Groenendael. De interieurkunst is grotendeels afkomstig uit de 'fabriek' in Roermond, die was opgericht door niemand minder dan de grote P.H.J. Cuypers. De massaliteit, waarmee deze 'kunst' werd toegepast, ook door Cuypers' zoon Jos in de vele door hem gebouwde kerken, heeft natuurlijk heel wat kritiek geoogst. Maar naarmate de tijd is voortgeschreden en het aantal kerken, waarin deze interieurs zijn bewaard, dramatisch gedaald, is althans de cultuurhistorische waarde ervan niet langer omstreden. Opvolgers van de oude Cuypers, onder wie de gebroeders Windhausen, hebben trouwens méér dan verdienstelijk bijgedragen aan de ornamentele inrichting van de kerken. Zij gingen daarbij nieuwe stijlen niet uit de weg.

sjablonen

Wat een restauratie als die in Helvoirt in de eerste plaatst oproept is een feest van herkenning en herinneringen aan een gebiologeerd zijn door de vaak realistische beelden uit het Oude en het Nieuwe Testament die door de atelieristen met verve in beeld werden gebracht en waarnaar je als rooms kind tijdens de preek met ingehouden adem zat te kijken. In de Ginnekense Laurentiuskerk (Jos Cuypers) bij voorbeeld: Kaïn die Abel met een grote knuppel doodslaat! Gustave Doré maar dan in kleur... Aandoenlijk herkenbaar is in Helvoirt het zogenaamde 'zijaltaar van de heilige familie', een timmerwinkel, met voedstervader Jozef aan de werkbank, moeder Maria aan het spinnewiel en het Kind met alvast een kruis in miniatuur als speelgoed :-) in de handjes. Op zondag 29 februari hielden de restaurateurs in Helvoirt open dag. En wie kwamen daar, in grote getale, mede aangespoord door een groot verhaal in de Volkskrant, waarvan vele afdrukken voor het grijpen waren gelegd? Oudere mensen als ik. En waarover spraken zei, onder meer aan het (nieuwe, vrijstaande) altaar, dat daardoor haast een stamtafel leek? Over vroeger, over toen.

Albin en Paul Windhausen

De stamvader van de Roermondse tak van de familie Windhausen, afkomstig uit het Duitse Waldniel, vestigde zich in 1873 met zijn gezin - vrouw en zes kinderen - in Roermond. De portretschilder Peter Heinrich Windhausen trad in dienst van de

spitsboog

ateliers voor kerkelijke kunst van Cuypers-Stoltenberg. Zijn drie zoons, onder wie Paul (1871-1944) en Albin (1863-1946) kwamen daar ook terecht.

Tot 1925 werkten Albin en Paul samen. Albin legde zich toe op onder meer kruiswegstaties en altaarstukken en trad op als zakelijk leider van het atelier; Paul, die op latere leeftijd ook portretten schilderde, trad tevens op als boekhouder en in elk geval als inner van de honoraria.

De drie dochters van Paul moesten regelmatig poseren, de ene keer als wenende madonna, dan weer als 'gewone heilige' Had pa een pruimenmondje nodig, dan zei hij: 'Zeg 'ns pruumke'. De beloning bestond meestal uit een stukje chocola van 3 cent.

Paul en zijn vrouw Maria zijn in 1944 omgekomen bij een bombardement in de Munsterstraat in Roermond.

Daarmee was het familiedrama helaas niet compleet. Paul had namelijk ook een gelijknamige zoon, die tekenleraar werd aan het Onze Lieve Vrouwelyceum in Breda. Hij maakte deel uit van een verzetsgroep en werd in 1944 op veertigjarige leeftijd doodgeschoten bij wat bekend is geworden als het drama van de Vloeiweide in Rijsbergen. De straat in het Wilhelminapark, waaraan het lyceum ligt is na de oorlog omgedoopt in Paul Windhausenweg.

Naar het begin van dit artikel: De rijkdom van het roomse leven opgepoetst

Naar het begin van de passage over de familie Windhausen

Zie ook: Gebouwen van Pierre Cuypers waren wel degelijk uitingen van rooms-katholiek triomfantisme

Bronnen passage Windhausen: Expositie kerkrestauratie Helvoirt;
Loes Bourne-Windhausen in Roquebrune sur Argens (F)

Gegevens over het geslacht Windhausen zijn te vinden in een
Doctoraalscriptie Kunstgeschiedenis van Miriam Windhausen (Universiteit van A'dam 2001) Titel: De kruiswegen van Windhausen, een verkenning op het gebied van de
monumentale kerkelijke schilderkunst 1870-1940.

altaar

 

 

Jos Cuypers

J.Th.J. (Jos) Cuypers werd in 1861 in Roermond geboren als zoon van de beroemde ontwerper van o.m. het Rijksmuseum Pierre J. H. Cuypers (1827-1921). Hij stond als medefirmant jarenlang in diens schaduw. Jos studeerde architectuur in Delft en werd in 1883 assistent van zijn vader, steeds meer van diens taken overnemend. Toch zijn er nog heel wat kerken die aan Cuypers sr. worden

Houtsnijder

toegeschreven, terwijl ze in feite door Jos zijn ontworpen, waarbij er hoogstens van een 'sterke invloed' van sr. sprake kan zijn. Wellicht vormde de 'kunst' uit het Cuypersatelier in Roermond, waarmee talloze kerken werden gevuld, nog het belangrijkste aandeel van de vader in het werk van de zoon. In 1900 begon die voor zichzelf en ging een compagnonschap aan met Jan Stuyt. Zij ontworstelden zich aan de door senior gedicteerde neogotiek en voegden romaanse en byzantijnse elementen toe - ook raakten zij geïnteresseerd in de Jugendstil. De samenwerking met Stuyt duurde negen jaar. Daarna trad Jos' zoon Pierre toe tot de firma en raakten beiden in de ban van wat toen het religieus expressonisme werd genoemd. Jos Cuypers stierf in 1949, op het hoogtepunt van het Rijke Roomse Leven.

De meeste gegevens over Cuypers zijn ontleend aan de website http://archimon.tripod.com die veel informatie bevat over religieuze architectuur.

 

 

 

Jos Cuypers
Jos Cuypers (1861-1949) in ca. 1938. Digitaal bewerkte foto naar exemplaar in archief Regionaal Historisch Centrum, Tilburg.

 

Kelken, cibories en monstransen

Attributen uit het Rijke Roomsche Leeven in hardware verzameld door de Brabander Karel Kremers