Archief van de rubriek ‘Geschiedenis’
Macaber verhaal over architect Odulphuskerk
Waarschuwing: dit verhaal is niet geschikt voor jonge lezers! De Bruidsfoto des Doods
Via @marilounillesen: Dit is mijn meest macabere verhaal ooit https://t.co/7K08aWx9Zf pic.twitter.com/k2bLZFaECu— BHIC (@bhicarchief) October 3, 2018
Via tweet van Brabants Historiscch Informatie Centrum (BHIC). Overigens kwam het in de begintijd van de fotografie wel vaker voor dat pas overledenen ‘op het nippertje’ in een (groeps)foto werden opgenomen. Klik hier
Duitse dodenakker
et is een indrukwekkende dodenakker. 31.598 (voornamelijk) Duitse militairen liggen begraven op de militaire begraafplaats buiten het Limburgse dorp Ysselsteyn. Op een oppervlakte die overeenkomt met veertig tot vijftig voetbalvelden liggen hier de Duitsers die tijdens de Tweede Wereldoorlog op de oorlogsfronten in Nederland gesneuveld zijn. En ook nederlanders die zijn omgekomen terwijl ze in Duitse krijgsdienst waren (met name Nederlandse SS’ers). Ook zijn er graven van Duitse burgers uit het grensgebied bij Sittard, die na de bevrijding van Brabant naar de barakken van kamp vught werden geëvacueerd en daar ook onder erbarmelijke omstandigheden enkele maanden moesten leven. Verder liggen er nog enkele tientallen Duitsers die in de Eerste Wereldoorlog zijn omgekomen.
Zaterdag was het bezoek aan de begraafplaats een onderdeel van de jaarlijkse excursie van de vrijwilligers van Nationaal Monument Kamp Vught.
Tekst/foto Jan van de Ven – Meer op beeldenstormer.nl – Voorpagina hhBest
Gered van de Beeldenstorm
Bezoekers bij Van Heemskercks Laurentius-altaar in de Grote of Laurentiuskerk in Alkmaar. Foto/tekst Jan van de Ven
Op de plaats waar ooit het altaar stond van de aan de heilige Laurentius gewijde Grote Kerk van Alkmaar, is nog tot 7 oktober het Laurentius-altaarstuk van de middeleeuwse schilder Jacob van Heemskerck te zien. Dit bij gelegenheid van het vijfhonderdjarig bestaan van de kerk. Het kunstwerk is in 1566 gered van de beeldenstorm en verblijft sindsdien permanent in Zweden.
Eindelijk wat meer over (Market) Garden
Antony Beevor schreef het ultieme boek over Slag om Arnhem
Kinderen verwelkomen Amerikaanse parachutisten tussen Son en Sint-Oedenrode. Foto Beeldbank NIOD, opgenomen in Antony Beevor’s boek ‘De Slag om Arnhem’.
n de boeken die tot dusver over de operatie Market Garden (17-26 september 1944) zijn geschreven en dat zijn er nogal wat, bleef het onderdeel Garden, de opmars van de geallieerden vanuit België via Eindhoven naar het noorden, tamelijk onderbelicht. Terwijl de vertraging die daarbij optrad wellicht de hoofdoorzaak was van de mislukking van de verovering van de brug over de Nederrijn in Arnhem. Het accent van de beschrijvingen ligt meestal op wat er gebeurde in Arnhem en het westelijk daarvan gelegen Oosterbeek. Het boek ‘De Slag om Arnhem’ van de Britse historicus Antony Beevor, wiens D-Day ik al eerder besprak, zet deze ‘omissie’ meer dan recht. Hetzelfde geldt trouwens voor het zwaar geteisterde Nijmegen, al zal daarover wel meer literatuur bestaan, dan die ik ken.
De Britse schrijver is om zijn geweldige verdiensten voor de geschiedschrijving van de Tweede Wereldoorlog geridderd, dus het is sir Antony Beevor. |
De Britse veldmaarschalk Montgomery, die tegen alle waarschuwingen in – onder meer die van prins Bernhard – via opperbevelhebber Dwight Eisenhower met Market Garden zijn zin doordreef, krijgt er dan ook in Feevor’s boek flink van langs.
Het zat ‘m in de onderschatting van de Duitse tegenstand en dat geldt – wordt nu meer dan ooit duidelijk – ook voor die langs de zogenaamde Corridor, ook wel Hell Way genoemd, door Brabant.
Monty heeft hierdoor wel Holland met de gruwelijke hongerwinter van ‘44-‘45 opgezadeld.
Brug bij Son
Het begon er al mee dat de aanvoerders van de Britse XXX Divisie, die het aan de broodnodige geografische kennis ontbrak, tussen Valkenswaard en Eindhoven pas op de plaats maakten omdat ze dachten dat de opgeblazen brug bij Son (Wilhelminakanaal) ten zuiden van Eindhoven lag. (Die zou eerst door een baileybrug moeten worden vervangen.) Intussen namen ze een verfrissende duik in een zwembad bij een villa ter hoogte van Aalst-Waalre…
Maar een regelrechte ramp was natuurlijk het Duitse bombardement op 19 september, op Eindhoven waarbij een groot deel van de binnenstad werd weggevaagd. Het rood-wit-blauw en oranje, dat daags tevoren was uitgestoken, werd ijlings weer binnengehaald.
Felle Duitse tegenstand ontmoetten de geallieerden ook bij Son, Best en Veghel. Best moest zelfs tot tweemaal toe worden bevrijd, eerst door de 101e Amerikaanse Luchtlandingsdivisie en daarna door de Schotse Highlanders. Maar dat laatste weten we van de uitstekende beschrijving in het geschiedenisboek Te Best Ward van wijlen Jean Coenen.
Als steeds heeft Feevor zijn huiswerk voortreffelijk gedaan. Hij ontleende veel materiaal uiteraard aan militaire verslagen, maar ook aan dagboeken van Brabanders; hij is voorzichtig met wat hij noemt ‘regionale legendes’, maar schuwt niet die te vermelden. Zoals de truc van een tuinman bij de Soeterbeekse brug over de Dommel. (In andere lezingen, niet in het boek vermeld, wordt een jonker Smits van Oyen genoemd die de Duitsers wijs zou hebben gemaakt dat die brug niet voor de tanks begaanbaar was.)
Eens en voor goed rekent Feevor af met het landelijk beroemde – en door een Jezuïetenpater verspreide – verhaal over de padvinder Jan van Hoof, die de ondermijning van de Waalbrug in Nijmegen onklaar zou hebben gemaakt. ‘Volstrekt onaannemelijk’, toont hij aan.
Winkelpui uit 1848
Bergen op Zoom heeft nog een respectabel aantal klassieke, gerestaureerde winkelpuien, zoals je die eigenlijk alleen nog maar in Engeland en Frankrijk (bij voorbeeld in Cluny) ziet. Deze juwelier geeft aan, dat-ie hier al sinds 1848 zit. Het pand heet De Ketel. Aanvullingen/correcties welkom.
Levendige schets van Nederland in 1823
De Varkensmarkt in Roosendaal rond 1791 naar D. Verrijk. Illustratie uit het boek. De naam is in 1921 op aandrang van de winkeliers veranderd in Bloemenmarkt. ‘Meer aanzien.’
wee rijkeluiszonen, Jacob van Lennep en Dirk van Hogendorp (ja, zoon van een van de staatkundige grondleggers van het Koninkrijk der Nederlanden) maakten in de zomer van 1823 gedurende drie maanden een voetreis door driekwart van Nederland, ‘om den landaart en en de zeden en gewoonten der ingezetenen te leeren kennen’ (Van H). Beiden hielden daarvan een dagboek bij, waarvan dat van de latere schrijver Van Lennep het meeste boeit en de meeste informatie bevat. Een heruitgave van dit verslag is bezorgd door Geert Mak en en Marita Mathijsen, van wie de laatste een voortreffelijke hertaling leverde. De tekst van Van Lennep heeft sterk journalistieke trekken; ze bevat, naast (soms letterlijk) poëtische beschrijvingen, scherp-kritische analyses. Geweldig dat dit ontsloten is, er was vlak voor de industriële revolutie heel wat meer dan de geijkte Jan Salie-geest.
Het gespleten Nederland van de jaren vijftig
at weten we, zeker als je niet op leeftijd bent, nog van de Koude Oorlog? De echte van na WO2 dan. Bitter weinig, zelfs al ben je wèl oud. Het heeft immers heel lang geduurd, aleer de de media – toen nog hoofzakelijk de kranten – een genuanceerder beeld ophingen van de tegenstelling oost-west, de op de Sovjet Unie georiënteerde communisten enerzijds en de vooral confessionele politiek aan de andere kant.
Daarom is het boek Raadselvader – Kind in de Koude Oorlog – van Jolande Withuis zo verhelderend. Goed geschreven ook, in het Nederlands dat zij naar eigen getuigenis heeft geërfd van die vader, Berend, na de oorlog Berry Withuis. Communist, redacteur van De Waarheid en uiteindelijk vooral een vermaard schaakjournalist.
Witte Bussen
Arie Wolfert poseert met zijn boek in de ‘voortuin’ van Nationaal Monument Kamp Vught. Foto © Jan van de Ven
Jan van de Ven
et is een onderbelichte geschiedenis: de reddingsoperatie van gevangenen uit nazi-concentratiekampen aan het eind van de tweede wereldoorlog. 15.000 gevangenen werden uit voornamelijk concentratiekamp Ravensbrück (ten noorden van Berlijn) net voor het einde van de tweede wereldoorlog met wit geschilderde bussen getransporteerd naar het veilige Zweden.
Arie Wolfert, historicus, oud-geschiedenisdocent en sinds 2006 vrijwilliger bij Nationaal Monument Kamp Vught, heeft dit vergeten stukje historie helemaal uitgepuzzeld.
De verguld zilveren, Romeinse helm
De Peelhelm, een van de beroemdste voorwerpen uit de Oudheid – https://t.co/FyJfO2pOQf
— Historiek.net (@historiek) 18 februari 2018
Met heel mooi filmpje
Niet zijn ‘finest hour’
e demonstratie tegen de plaatsing van kruisraketten in ons land in Den Haag, op 29 oktober 1983 (550.000 deelnemers) was niet premier Ruud Lubbers’ finest hour, al slaagde hij er daarna in, ook hier ‘een mouw aan te passen’. Ik heb aan die demonstratie deelgenomen en wijdde er mijn wekelijkse column in het Brabants Dagblad aan. Het is voornamelijk een sfeerverhaal, waaruit een indrukwekkende eensgezindheid blijkt. Moet je nu niet meer om komen. Read the rest of this entry »
Het proces van de vorige eeuw
et proces van de eeuw, heet de zaak Holleeder, die deze week voortgang vindt. Elke eeuw kan er maar één hebben, denk ik dan. Zo staat me die van de vorige eeuw nog duidelijk voor de geest: de Berkelse arts O. (John Opdam), die achtereenvolgens zijn vrouw en een medegevangene, Adriaan Lodder, in de strafgevangenis te Leeuwarden met cyaankali om het leven bracht. En deswege tot tweemaal toe levenslang kreeg opgelegd. Een in één woord fantastische geschiedenis maar echt gebeurd. Holleeders turbulente criminele gedragingen vallen daarbij in de schaduw.
Meer op Manieren – Voorpagina hhBest
Nu Bestenaar Adrie Brands maakte als zesjarige in 1953 op Flakkee de watersnoodramp mee
Dina t’ Sas-Schunterman ook voordrachtkunstenaar
Dina Schunterman (1890-1979), echtgenote van Henri t’ Sas, was ook voordrachtkunstenaar en actrice. De folder stamt uit de jaren dertig van de vorige eeuw. Zij droeg werk voor van haar echtgenoot. Na 1945 maakte zij deel uit van het beroepstoneelgezelschap De Schouwspelers, dat vanuit Breda opereerde.
Zowel Dina als Henri traden ook voor de radio op, onder meer KRO en AVRO. In het Hilversumse archief van Beeld en Geluid zal men daarvan niets aantreffen. Waren er al opnamen van gemaakt, dan werden die uit zuinigheidsoverwegingen (hergebruik van het materiaal) gewist.
Dina als Tante Jans, een personage van Henri t’Sas –>
Los van de radio is wel een opname gemaakt van de integrale vertolking van De Jonge Jan van Herman Herijermans door Henri t’ Sas.
Liever oase
e Sint-Annakapel in Heusdenhout (gemeente Breda) bestaat 500 jaar. BN-DeStem heeft daarover vandaag een stukje, waarin de krant constateert: ‘een in uiterlijk behoorlijke dissonant in de jaren ’70-wijk.’
Ik geef de voorkeur aan de kwalificatie oase. Dissonant valt eerder te associëren met wanklank, terwijl het maar de vraag is of over de ‘opwaardering’ van de oude buurtschap Heusdenhout tot stadswijk met hoogbouw vandaag de dag op dezelfde manier wordt gedacht als in de jaren zeventig.
Lees het verhaaltje dat ik ruim vier jaar geleden wijdde aan dit bijzonder Brabants erfgoed: Ode aan de kapel
Waarheid voor Philips nog steeds heikel punt
Achtergronden van het Sinterklaasbombardement 1942
at de waarheid over de aanleiding tot het bombardement op de Philipsfabrieken in het centrum van Eindhoven en Strijp S op 6 december 1942 voor ‘de NV’ nog steeds een heikel punt is, blijkt uit een recente publicatie van historicus Hans Schippers over dit onderwerp: 75 jaar Sinterklaasbombardement 1942-2017 – Philips en de productie van radiobuizen tijdens WO II – Balanceren tussen aanpassing en verzet.
Schippers ontleent aan verschillende betrouwbare bronnen, dat de Engelsen – die het bombardement uitvoerden – gedetailleerd op de hoogte waren van de fabricage onder hun leiding, van voor de Duitsers strategisch belangrijke producten. Frits Philips, zoon van mede-oprichter Anton, die tegen de plannen in, na 1940 in Eindhoven bleef, heeft tot aan zijn dood deze aanleiding ‘niet begrepen’. Hem wordt nu naïviteit en zelfs ongeloofwaardigheid verweten. Minstens zo veelzeggend is het feit dat de schrijver van ‘Sinterklaasbombardement’ de firma (zoals Philips in Eindhoven placht te worden aangeduid) uitsluit aan het slot van zijn dankwoord: ‘De auteur betreurt het dat de N.V. Philips niet bereid was materiaal voor onderzoek en publicatie ter beschikking te stellen.’
Philips II Olé
Een grappige strip over de geschiedenis van Portugal op een muur in Lissabon. De tekst gaat verder onder het plaatje.
In 1581 veroverde Philips II van Spanje (terwijl hij ook al in strijd was verwikkeld met onder meer de Nederlanden) Portugal. Hij wordt hierboven afgebeeld, dansend met castagnettes, olé. Zestig jaar later kreeg Portugal zijn onafhankelijkheid terug.
Verplicht vroeg op
Jan van de Ven
et komend weekeinde gaat de wintertijd weer in. Het is dan 233 jaar geleden dat het idee ervoor voor het eerst werd geopperd.Door Benjamin Franklin. –> Hem kunnen we daarmee dus bestempelen als de aartsvader van winter-en zomertijd. In 2004 ben ik voor het Eindhovens Dagblad – waar ik toen voor schreef – de archieven eens ingedoken. Eigenlijk is het verhaal wel weer actueel, want opnieuw laait de discussie op of we die idiotie van klokken voor- en achteruit zetten niet gewoon weer moeten terugdraaien.
Meer op beeldenstormer.nl – Voorpagina hhBest
Tolpaal, Bests èn Bosch’ historisch monument
Bij CultuurSpoor Best staat nu opeens een grenspaal. De paal stond eerder – en dat was historisch ‘bepaald’ – in de tuin bij de heer van Elderen, Oranjestraat 106 en is om redenen van behoud verplaatst naar de bibliotheek van CultuurSpoor.
In de tuin herinnert nu een replica aan dit Bests historisch monument, dat het stadswapen van Den Bosch draagt!
Lagere school: keiharde discipline
Aan de lagere school kleeft meer dan nostalgie https://t.co/I1V736uiH4 via @Topics_NL
— hhBest (@ecluse) 12 oktober 2017
Wim Daniëls schreef een boek over de lagere school en Trouw bespreekt het. Ik heb er natuurlijk ook mijn herinneringen aan en schreef er in 1985 (het jaar van Mammoetwet) een column over in het Brabants Dagblad. Read the rest of this entry »
Nieuwe biografie bij 500 jaar Luther
Boekbespreking door Sante Brun
p 31 oktober is het precies 500 jaar geleden dat Maarten Luther zijn 95 stellingen aan de deur van de kerk in Wittenberg spijkerde. Ware het niet dat het, door telfouten van de drukker, er vermoedelijk maar 73 stellingen waren, dat de datum nog berekend is volgens de Juliaanse kalender en dus de 500ste verjaardag van het heuglijke feit pas op 10 november van de huidige kalender valt, Luther toen nog niet Luther heette maar Luder, dat de grote hervormer het vermoedelijk pas deed met die kerkdeur op 1 november toen (nu dus 11 november) en dat er grote twijfels zijn over de vraag of hij inderdaad spijkers gebruikte of de stellingen met was aanplakte en of hij inderdaad alle stellingen daar ophing of alleen een korte samenvatting.