Poetin blij met EU-steun Oekraïne
Peter Sriekema
uropa geeft Oekraïne 1,2 miljard euro aan economische hulp. Daar zal Poetin mee in zijn sas zijn, in zijn nopjes, om niet te zeggen in zijn knollentuin. Want dat geld kun je momenteel net zo goed direct aan Poetin overmaken, gezien de huidige militaire situatie in het land. Weggegooid geld dus.
Natuurlijk heeft Oekraïne gesmeekt om stante pede alsnog NAVO-lid te mogen worden, maar de Europese leiders kijken wel link uit. De EU blijkt een tandeloze organisatie te zijn en bovendien gaan de lidstaten daar niet over. Zonder steun van de VS zou Europa, in militair opzicht enorm zwak, nu al reddeloos verloren zijn. De achttien van Duitsland gehuurde tanks zouden nog niet eens het Drielandenpunt kunnen verdedigen en er wordt al gesproken over het uit de mottenballen halen van Hawk- en Honest John-raketten, die vermoedelijk Keulen nog niet eens halen.
In ons land hebben de eerste militairen zich al chronisch ziek gemeld, want soldaatje spelen is leuk, maar niet als het serieus dreigt te worden. Oorlogsminister Olongren, grandioos mislukt als bouwminister in het vorige kabinet Rutte, ziet nu al wit om de neus. Ze kent waarschijnlijk nog niet het verschil tussen een bermbom en een windbuks. Het gerucht gaat (dit is nepnieuws, ik zet het er maar even bij) dat ze aan Poetin al een schrijven heeft laten overhandigen dat het geen enkele zin heeft Nederland aan te vallen, want dat er dan niet op enige tegenstand van betekenis gerekend hoeft te worden (geworden – oude grap van Paul van Vliet). In een ver verleden heeft ook Wim Kan eens een cynische grap gemaakt over de kwaliteiten van het Nederlandse leger. Een defensieminister (waarschijnlijk Pietje de Jong) had toen bekend gemaakt dat Nederland als het er op aan zou komen in 24 uur 300 man in NAVO-verband kon leveren, maar Kan dacht ook dat zulks andersom kon wezen, 24 man in 300 uur. Dat laatste acht ik zeer waarschijnlijk.
Ondertussen dreigt hier het carnaval los te barsten, corona of geen corona, oorlog of geen oorlog. Ik heb me jaren geleden al tegen carnaval laten inenten. Misschien ben ik toe aan een boosterprik met dat medicijn. Als ik al carnaval zou vieren zou ik dat doen in een camouflagepak, met een gebroken windbuks op mijn rug en een bebloed verband op mijn kop. Inderdaad, als Oekraïense soldaat op de vlucht voor de vijand. Maar dat zal de onverdroten feestvreugde te veel bederven, schat ik maar zo. Ik moet de laatste dagen wel erg vaak denken aan dat liedje van Doema, ‘Totdat de bom valt’. Sorry, Doe Maar bedoel ik. Hè, wat een vervelende vergissing nou toch weer.