Wüst en Kramer uitgeschaatst?
Peter Stiekema
s de tijd van afscheid gekomen voor Ireen Wüst en Sven Kramer? Het heeft er alle schijn van. Sven Kramer beheerste jarenlang het internationale schaatsen bij de mannen, sinds 2006 ongeveer. Voor Ireen Wüst geldt nagenoeg hetzelfde bij de vrouwen. Al kreeg zij forse tegenstand, vooral op de lange afstanden, van de Tsjechische Martina Sàblikovà. Kramer heeft al een paar jaar last van fysieke problemen en faalde bij de WK afstanden op de vijf kilometer afgelopen week zodanig, dat hij zich terugtrok voor de ploegenachtervolging, tegenwoordig in goed Nederlands ‘Teampursuit’ genaamd. Ireen Wüst werd nog wel wereldkampioene in die tak van schaatssport maar haalde op de individuele afstanden geen medaille meer.
Beiden zijn 34 en hebben hun hoop nog gevestigd op deelname aan de Olympische Spelen van 2022 in Peking, mits die doorgaan. De vraag is of het virus tegen die tijd geen brokken meer maakt. In China schijnen ze namelijk een heel smakelijke, maar wel giftige nieuwe vleermuissoort ontdekt te hebben dus ik zou maar nergens op rekenen.
Sven Kramer moet in Nederland al een paar jaar zijn meerdere erkennen in Patrick Roest en ook internationaal zijn er nieuwe kapers op de schaats, zoals de Zweed Nils van der Poel (vermoedelijk een verre neef van de wielrenners Adrie en Mathieu met diezelfde achternaam) die met nieuwe trainingsmethodes furore maakt en superieur is op de vijf en tien kilometer (met een ongelooflijk snel wereldrecord). Bovendien kunnen in Peking bij zowel de mannen als vrouwen maximaal tien schaatsers worden ingeschreven en Sven alleen meenemen voor de ploegenachtervolging betekent dat er een afstandsspecialist moet thuisblijven.
Ondanks het feit dat van de twaalf verreden afstanden op de WK er zeven door Nederlanders werden gewonnen (vier bij de vrouwen en drie bij de mannen) is er weinig nieuw talent op komst. Alleen bij de vrouwen-sprinters kloppen vooral Femke Kok en Jutta Leerdam nadrukkelijk op de deur. Maar bij de langere afstanden staan geen nieuwe talenten op en hebben de gevestigde namen De Jong en Schouten het nog steeds voor het zeggen. Daarbij moet wel aangetekend worden dat de sterke Japanners er wegens coronagevaar niet bij waren en dat ook de Zuid-Koreanen en Chinezen ontbraken, terwijl ook enkele sterke Canadezen (ex-wereldrecordhouder op de tien kilometer Fish bijvoorbeeld) er de voorkeur aangaven thuis te blijven. Mocht Peking doorgaan dan zal de tegenstand dus sterker zijn.
Ook bij de Nederlandse mannen is er weinig nieuw talent. Patrick Roest is weliswaar een uitstekende schaatser, maar faalt op sommige momenten behoorlijk, zoals op de 10 kilometer van zondag. Hij staat weliswaar al enige tijd op kop van de Noorse Adelskalendern, waaruit blijkt dat hij een geweldige allrounder is, maar vertoont toch wat wisselvallig gedrag als het er echt op aankomt.
Wie is nu eigenlijk de beste schaatser allertijden, hoor ik u vragen. Dan houd ik het op de Amerikaan Eric Heiden, die op de Olympische Spelen van Lake Placid in 1980 alle vijf de afstanden won, drie keer wereldkampioen allround werd en vier keer wereldkampioen sprint. Heiden beëindigde zijn schaatsloopbaan op 21-jarige leeftijd. Hij stortte zich toen op zijn studie medicijnen, terwijl hij als profwielrenner en passant nog Amerikaans wegkampioen werd en tweemaal de Tour de France reed. Momenteel is hij orthopedisch chirurg, maar treedt nog regelmatig als teamarts in het wielrennen op.