Who's Online
5 visitors online now
Schrijf ons

Je kunt ons altijd schrijven via de contactpagina. Daar vind je ook richtlijnen, voor het geval dat je mail-notificaties wenst bij nieuwe 'posts' aangaande Best. 

Rubrieken
Opinie of niet?

ls een post op deze site begint met wat in de typografie heet een initiaal, zoals de A hier, bevat zij een mening of interpretatie van de schrijver.

English?

Translation by Google in Chrome: please, click the right mouse button and select 'English'.

Archieven
januari 2020
Z M D W D V Z
 1234
567891011
12131415161718
19202122232425
262728293031  

Fellini 100 jaar: het leven is noch mooi, noch zoet

Sante Brun


Vandaag honderd jaar geleden werd Federico Fellini geboren, daar hoort fellinieen stukje bij. Bij gelegenheid van die verjaardag keek ik, voor het eerst sinds vele jaren, nog eens naar La Dolce Vita. Ik had de film zo lang geleden voor het laatst gezien dat ik hem was gaan verwarren met Boccaccio 70, maar dat kwam doordat in beide films Anita Ekberg optrad, die het niet zozeer van haar acteertalent moest hebben als wel van haar weelderige boezem. In Boccaccio 70 komt de scène voor waarin Anita, rustend op haar rechterelleboog, in de linkerhand een groot glas melk, met daarboven de tekst in neonletters: ‘Bevete più latte’, drink meer melk, dus. In La Dolce Vita is Anita een Amerikaanse actrice die met Marcello Mastroianni – die een roddeljournalist speelt die toevallig ook Marcello heet – door nachtelijk Rome wandelt en daarbij in de Trevi-fontein klimt.

 

 

 

Mooie tijden, want als je nu naar de live beelden van de webcam van de fontein kijkt, zie je dat er weinig over is van de entourage van destijds rond de omhelzing van het tweetal in het water van de Trevi, want dag en nacht verdringen zich duizenden toeristen rond de fontein.

Wat ik me ook niet goed herinnerde: dat Anita Ekberg eigenlijk maar een klein rolletje, een soort uit de hand gelopen ‘cameo’ speelt in La Dolce Vita. Een veel belangrijkere rol is weggelegd voor de Franse actrice Anouk Aimée, als Maddalena, met wie Marcello een knipperlichtrelatie heeft.

En wat voor een knipperlicht: het tweetal is onderweg van een van de talloze nachtelijke feestjes in een of ander half vervallen Romeins paleis, eigendom van een al even vervallen adellijke familie. Marcello en Maddalena zitten in zijn two seater cabriolet en bespreken, zal ik maar kort samenvatten, hun relatie. Tijdens het korte ritje huiswaarts stapt zij eenmaal uit, omdat het gesprek volgens haar de verkeerde kant op gaat, hij rijdt weg maar komt even later weer terug en zij stapt weer in. En eenmaal zet hij haar uit de auto en komt niet meer terug. Het is, voor mijn gevoel, de meest Italiaanse scène, maar misschien ook wel de universele uitbeelding van de botsing van man en vrouw.

Vrouwonvriendelijk

Aprospos vrouw: niemand in aan het eind van de jaren vijftig is er bij mijn weten bij stil blijven staan hoe vrouwonvriendelijk de film wel niet is. De superieure macho Fellini maakte hem natuurlijk, en Marcello speelt zowel hem als zichzelf, de macho met een sympathieke kant, die het anders aanpakt, te verliefd is op het verschijnsel vrouw om ze te behandelen zoals Mussolini dat twintig jaar voor de film uitkwam (1960) placht te doen, zowel in zijn politieke beleid als in de praktijk. (Op het matje voor zijn bureau). Maar uiteindelijk komt het op hetzelfde neer. Vrouwen brengen je in pijnlijke situaties, zeuren achter je aan, kwebbelen eindeloos, doen domme dingen, kortom, ze hinderen je bij je scheppende werk – Marcello wil immers steeds een boek schrijven maar wordt daarin niet alleen gehinderd door zijn enorme netwerk in de Romeinse jet set, maar ook door de vrouwen om hem heen.

De scènes met Ekberg en Aimée zijn daar de sterkste uitingen van.

Kom ik wel terecht bij een andere kwestie: in hoeverre is La Grande Bellezza van Paolo Sorrentino met Jep Gambardella (gespeeld door Tony Servillo) in de hoofdrol een vervolg, dan wel een correctie op, of wellicht een remake van La Dolce Vita? Ik denk alle drie, hoewel die correctie niet echt gelukt is. De jet set is inmiddels in een absurd stadium terecht gekomen, ze bestaat inmiddels uit halfdoden en zwaargewonden, de vele vrouwen betoverende Marcello is een oude lelijke man geworden die zich nog wel goed kleedt, roddeljournalist is gebleven, maar er wel schoon genoeg van heeft. En Rome is er ook nog. La Dolce Vita is veel afstandelijker gemaakt, het lijkt of Fellini het leven in de Eeuwige Stad met het soort bewondering van een jongen uit de provincie beschouwt, terwijl Sorrentino de voze decadentie ervan, die hij in het dagelijks leven om zich heen ziet, eens scherp te kakken wil zetten (en daar ook zeer goed in slaagt). Of anders gezegd: vergeleken bij La Grande Bellezza – een zeer ironische titel – is La Dolce Vita van een zekere braafheid, al was de titel destijds ook een ironische samenvatting van Fellini’s opvatting: het leven is in beide gevallen noch mooi, noch zoet.

In veel bioscopen in het land is La Dolce Vita — uiteraard gerestaureerd – te zien.

Voorpagina hhBest

Reageer