Lachen om de nazi’s
Sante Brun
et is begin 1945. Een jongetje van tien jaar is een fanatiek lid van de Hitlerjugend en een aanbidder van Adolf Hitler, die hem ook geregeld bezoekt. In zijn dromen. Maar dan komt hij tot de ontdekking dat zijn moeder een Joods meisje in hun huis laat onderduiken. (Zijn vader is dood.) Het valt de jongen, Johannes, in de wandeling Jojo, op dat het meisje er helemaal niet uitziet zoals Joden door de leiding van de Hitlerjugend worden beschreven.
En wordt verliefd op haar, hoewel zij al twintig is en wel met hem te doen heeft – want wat moet hij met haar aan? Verraden is uitgesloten, maar wat dan?
Dat is in het (zeer) kort het verhaal van de film Jojo Rabbit die in de filmkritiek aanleiding is tot gemengde gevoelens – en daar kan ik me iets bij voorstellen.
Want wat je ziet is een film die gemaakt lijkt vanuit de typisch Angelsaksische achtergrond waar ook Dad’s Army, Allo Allo en The Great Dictator uit voortgekomen zijn. Maak de dictator, zijn volgelingen en zijn politieke filosofie belachelijk en daarmee ongevaarlijk.
Dat daarbij, blijkbaar om geloofwaardig over te komen, enkele scènes nodig gevonden werden van mensen die op een dorpsplein waren opgehangen, dat stuit je wel even tegen de borst.
Het is zeer fraai gemaakte film in schitterende kleuren. De uniformen en de kleding van de jaren dertig en veertig zijn zorgvuldig gekozen. Het Tsjechische dorp Ustek waar de buitenopnamen zijn gemaakt doet een tikkeltje Anton Pieck-achtig aan.
Roman Griffin Davis speelt een aardige, brave jongetje, dat zijn best wil doen, in dit geval voor nazi-Duitsland. Maar als de leider van de Hitlerjugend in zijn dorp hem beveelt een konijn de nek om te draaien, kan hij dat niet – vandaar zijn bijnaam Rabbit. (Hoe zou dat in het Duits geheten hebben? Kanickel?) Met Scarlett Johansson als Jojo’s moeder Rosie is een goede keus gedaan en met Thomasin McKenzie als onderduikster Elsa is meteen ook het Nieuw-Zeelandse element in de film geïntroduceerd. Want de regisseur van de film, Taika Waititi is een Nieuw-Zeelander en – dat mag ik natuurlijk niet zeggen maar ik doe het toch – duidelijk een Maori; zijn moeder was Joods. Dat Maori-uiterlijk kunnen we zien omdat hijzelf de rol van Adolf Hitler speelt. En hij ziet eruit als een Maori die heel goed als Adolf Hitler is geschminkt. Ik las ergens dat Waititi per se zelf die rol wilde om Hitler alsnog een openbare middelvinger wilde geven.
Nog een aspect: de film heeft enigszins de structuur en de afloop van een kinderfilm – of zoals ze vroeger zeiden: een film voor de rijpere jeugd. Jojo Rabbit en Elsa zijn duidelijk de hoofdrolspelers, van hen uit wordt het verhaal ook verteld. Het boek waarop het scenario gebaseerd is, Caging Skies van Christine Leunens is nog duidelijker een boek voor jeugdige lezers. Jojo is, zo blijkt uit de eerste zin, is in 1927 geboren in Wenen, maar in de film, die zich afspeelt in 1945, is hij, zoals gezegd, tien jaar.
In de bioscoop waar ik de film zag zaten ook enkele kinderen van rond de 10 of 12 jaar. Ik vroeg me af wat ze van de film hadden gevonden – het lijkt me dat hij enigszins verwarrend moet hebben gewerkt, de ongeloofwaardige Hitler, de leider van de Hitlerjugend, Hauptmann Klenzendorf, die nogal leip overkomt, het alleen maar belachelijke zestal Gestapo-agenten – zwarte lange jas, zwarte deukhoed – die een soort van huiszoeking uitvoeren. En daarbij het wereldrecord Heil Hitler roepen vestigt.
In ieder geval geen film die wil waarschuwen tegen de gevaren van het herlevend fascisme.
Hoewel dat misschien toch de bedoeling kan zijn geweest.