Korte kroniek van schijnbaar geluk
Sante Brun
e bent zo graag de alwijze pater familias, maar de kinderen zien dat totaal anders – ook al omdat ze in de loop van de tijd allerlei dingen die door hun eigen toedoen of gewoon, door het noodlot, zich in hun leven afspelen of hebben afgespeeld, voor hen verborgen hebben gehouden. De een wil zijn vader wel opvolgen in diens zaak, een architectenbureau, maar ervaart zijn vaders aanwezigheid inmiddels als hinderlijk, een tweede heeft een kind van iemand die de vader goed kent, de derde is een succesvolle hersenchirurg maar ook homoseksueel.
En dan blijkt dat vader ook een groot geheim heeft: bij hem is de ziekte van Alzheimer geconstateerd. En hij wil dood.
Maar vooralsnog wil hij proberen de verschijnselen van zijn ziekte zo weinig mogelijk te laten blijken. Hij blijft gewoon autorijden, maar vooral: hij heeft in zijn werkkamer een geschrift vervaardigd met foto’s en tekeningen uit zijn hele leven, met bij elk familielid typerende kenmerken – hij hoopt dat geschrift te kunnen gebruiken als ‘geheugensteun’ als de dementie echt toeslaat.
Dat is zo’n beetje de synopsis van de film De Liefhebbers van regisseur Anna van der Heide – het lijkt een soort trailer voor een tv-serie, maar als je de bioscoop verlaat voel je je, omdat je zelf zo’n pater familias bent, nogal betrapt, al heb je (nog) geen alzheimer.
Dat verbijsterende effect komt mede door het ongelooflijk goede spel van de meeste acteurs, van Jeroen Krabbé en Beppi Melissen tot Jelka van Houten en Theo Maassen. Maar ook door de voortreffelijke enscenering – ik noem de close-up van een plastic bekertje waar koffie in getapt wordt en veel meer, het ‘optreden’ van de skyline van Rotterdam, de fraai uitgelichte architectuur van enkele huizen.
En de muziek, let op de muziek, bijvoorbeeld de fraai georkestreerde versie van de Canto Ostinato van Simeon ten Holt.
Is het een oplosbaar probleem? De kinderen hebben genoeg aan de muizenissen (en tragedies) uit hun eigen leven, maar willen hun vader niet dood zien. Kijk goed naar de laatste scène, samen aan de lange tafel bij het huisje in de duinen waar de moeder des huizes de familie nog eens bijeen brengt. Let op de vader aan het hoofd van de tafel, maar met zijn hoofd ergens anders, als al ergens; en op het feit dat het eigenlijk te koud is voor zo’n samenzijn, van zo’n op het oog gelukkig gezin, hopelijk (maar niet erg waarschijnlijk) gelukkig gestemd voor een voorspoedige toekomst…