Lazarus staat weer op in Italië
Sante Brun
et lichaam van de man wordt besnuffeld door een wolf, waardoor de man wakker wordt, op een ruw stukje grond in de bergen. Hij kijkt wat verward om zich heen. Maar wacht: diezelfde man hebben we toch enkele minuten geleden een enorme smak zien maken die hij niet kan hebben overleefd?
Nee, het is niet de beginscène van de film ‘Er ist wieder da’ waarin ook iemand van wie we zeker wisten dat hij dood was, weer wakker wordt: Adolf Hitler. En wel in 2011, vele jaren na zijn dood.
Ook de man in de eerste alinea moet al jaren dood zijn geweest, merken wij, toeschouwers, al snel, en hijzelf ook min of meer. Want zijn hele context is verdwenen.
We kijken naar de film Lazzaro Felice, Gelukkige Lazarus, en de naam Lazarus is door de Italiaanse regisseur Alice Rohrwacher absoluut niet willekeurig gekozen.
Italiaanse traditie
Ik heb jullie belast met deze spoiler om een beeld te kunnen schetsen van deze mythische, bijna mystieke film die naadloos en logisch past in de grote traditie van de Italiaanse film (ik wijs op de gebroeders Taviani) en trouwens ook de absurde en magisch-realistische literatuur, zowel van Italo Calvino als van Dino Buzzati. Ook aan enkele van Pasolini’s boeken en films, zoals Accatone en Una Vita Violenta.
Het eerste deel van Lazzaro’s verhaal speelt zich af in een niet genoemde tijd, wellicht de jaren veertig van de vorige eeuw – maar het kan ook veel eerder zijn, hetgeen alleen maar wordt verhinderd omdat de man die de slaven van markiezin eronder houdt een autootje heeft, en ook veel later, want de zoon van de markiezin heeft een mobiele telefoon.
Inviolata (ongeschonden, maagdelijk) heet het nietige gehucht waar enkele tientallen mensen op schrikbarend primitieve manier bij elkaar hokken en tabak telen voor de markiezin, waarbij ze maar net genoeg ‘verdienen’ om niet dood te gaan – verdienen door het jaar voor jaar vergroten van hun schuld aan hun eigenaar. Want zo zien de mensen het zelf: ‘Maar wij zijn toch het eigendom van de markiezin?’
Te midden van die ‘stam’ die nergens aan denkt dan wel berust in zijn lot is een engelachtige jongen opgestaan, Lazzaro, die alles met verwondering aanziet. Hij is behalve engelachtig ook enorm meegaand en naïef, het plan om met Mariagrazia te trouwen en weg te gaan wordt al snel, met zijn instemming, de kop ingedrukt.
Hij gaat om met de zoon van de markiezin, Tancrede (is het toevallig dat de zoon van de Siciliaanse vorst van Salina, bijgenaamd Il Gattopardo, Trancredi heet? Die wil ook, tegen de zin van zijn vader, weg, met Garibaldi mee, Italië bevrijden?)
Deze Tancrede wil ook weg, maar dan moet hij eerst geld hebben, namelijk dat van zijn moeder en hij bespreekt met Lazzaro een plan om zijn eigen ontvoering, met losgeld als oogmerk, op touw te zetten. Intussen, en dat is van belang voor de samenhang van het verhaal, vermaken ze zich samen door de wolven die zich kennelijk in de omgeving ophouden, aan het janken te maken. Kort daarna maakt Lazzaro zijn fatale val.
Dan landt er een helikopter van de carabinieri bij Inviolata en de politieman die de mensen van het dorp aanspreekt, vertelt ze dat de markiezin is gearresteerd wegens het houden van slaven en andere misdrijven, en voert de mensen weg, zodat ze eindelijk in de Burgerlijke Stand ingeschreven kunnen worden. Hetgeen ze verder weinig zal helpen, integendeel.
En dan volgt de scène waarmee ik begon.
We zijn beland in die beruchte sloppenwijken van zuidelijke Italiaanse steden – we zien enkele bekenden uit Inviolata die zich te midden van bergen vuilnis en afzichtelijke ruïnes staande proberen te houden met verkopen van gestolen spullen en andere kleine criminaliteit. Lazzaro vindt hen terug, net als, heel toevallig, Tancrede. Veel beter dan in Inviolata zijn ze er niet vanaf gekomen, eigenlijk veel slechter, ze zijn ontworteld, dan had het primitieve leven in het dorpje nog enige stijl en vorm. Nu wonen ze in – wat ervan over is –een voormalige gas- of olietank en net zo krap als vroeger.
Soort Forrest Gump
Lazzaro is dezelfde goedgelovige, zachtaardige engelachtige jongen gebleven – de enige die geen dag ouder is geworden – en denkt dat Tancrede, die hij ook toevallig terugziet, veel ouder en dikker geworden, het hele stel aan een beter bestaan kan helpen. Nou ja, je snapt hoe het gaat. Als Lazzaro bij een chique bank probeert geld van de (niet bestaande) bankrekening van een van zijn dorpsgenoten probeert los te krijgen wordt hij voor een overvaller aangezien (hij heeft een katapult in zijn achterzak, die wat lijkt op een pistool) en door de chique klanten van de bank doodgetrapt.
Dan duikt de wolf weer op – hij lijkt de ziel van Lazzaro te zijn, motto: wolven zijn zachtaardige dieren, zeker vergeleken met mensen – die sjokt, onaangedaan, achter de auto aan die het lichaam van Lazzaro wegbrengt.
In Amerikaanse recensies wordt Lazzaro vaak vergeleken met Forrest Gump. Er is een zekere gelijkenis, en Gump heeft dezelfde naïeve manier van zonder nadenken te doen wat hem gezegd wordt. Lazzaro is toch meer een ‘link’ tussen twee werelden, beide werelden zeer typisch Italiaans, bucolisch boerenland en halfvergane hopeloze moderne steden. Ook in het werk van de moderne Italiaanse schrijvers Sandro Veronesi en Niccolò Ammaniti komen goedhartige figuren, levend in onbegrijpelijke omstandigheden in sloppenwijken voor, zonder te weten, of te willen weten, hoe het ook anders kan
In ieder geval is de acteur Adriano Tardiolo de ideale Lazzaro, met zijn grote onschuldige ogen om zich heen kijkend, niet eens beseffend dat wat hij meemaakt iets gruwelijks is.
De film is werkelijk prachtig gemaakt, ondanks dat of juist omdát hij is gefilmd op 16 mm-film.