‘Gedane zaken nemen geen keer, helaas’
De gemeenteraad van Best heeft zich vanavond eindelijk in het openbaar uitgesproken over wat officieel heet het huisvestingsvraagstuk van burgemeester Anton van Aert. De conclusie komt neer op: hij kan fouten hebben gemaakt, maar de integriteit van Van Aert staat niet ter discussie. Vrijwel unaniem hoopt de raad op zijn spoedig herstel en terugkeer op zijn post. (Tot zo lang is een waarnemer benoemd.) En verder: Van Aerts besluit, in september 2018 niet te gaan voor een tweede ambtstermijn is helaas onomkeerbaar. Hij blijft in Boxtel wonen.
Het CDA had het over ‘onze o zo geliefde burgervader’ en liet verklaren dat ‘de inwoners niet snappen, hoe de raad het zover kon laten komen.’
Ook voor D66 ‘is de kous af’. Ze noemde het besluit van de burgemeester, niet voor een tweede termijn te kiezen, ‘juist en te respecteren’.
Best Open vindt dat in deze kwestie ‘alleen maar verliezers’ zijn. Van Aert heeft onzorgvuldig geopereerd door zich niet als ingezetene van Best te laten inschrijven, ‘maar hij was wel altijd overal bij.’
De VVD constateerde dat ‘de media in deze zaak soms verhelderend hadden gewerkt en soms verwarrend’. Een gedoogconstructie ten aanzien van de burgemeesterlijke woonplaats was mogelijk geweest, maar de VVD zou daar zeker niet voor zijn geweest. Deze fractie heeft spijt van de beslotenheid van de raadsvergadering van 26 juli, waarin een eerste confrontatie van de volledige raad met de burgemeester over de kwestie plaats vond.
JO: ‘Van Aert heeft zich in de opvatting van de raad over de verplichting zich in Best te vestigen vergist en voldeed daardoor niet aan de belangrijkste eis in de destijds opgestelde profielschets voor de nieuwe burgemeester.’ Een andere goede kandidaat zou zich om de onwrikbaarheid van die eis hebben moeten terugtrekken.
Gemeentebelangen acht de raad niet tijdig en duidelijk geïnformeerd, zodat het feit dat de burgemeester niet ingeschreven was ‘een grote verrassing was voor ons allemaal’. Deze fractie stelde wel de integriteitskwestie.
De PvdA koos voor een zeer persoonlijke benadering van Van Aert, zelfs met ‘je en jou’. Ze noemde het functioneren van deze burgemeester ‘belangrijker dan zijn feitelijke woonplaats’.
De ChristenUnie was het meest nadrukkelijk in de relativering van artikel 71 van de gemeentewet, waarin de vestigingsplicht van de burgemeester is opgenomen. Er is best wat tegen te doen en ‘de raad had zich dat kunnen realiseren. Dit wetsartikel is uit de tijd.’
Plaatselijk Best: ‘Het te lang vasthouden aan vertrouwelijkheid brengt mij als raadslid in een ongemakkelijke positie, evenals het feit dat Van Aert afgelopen zomer een petitie van 52 inwoners, toen hij daarvoor in de gelegenheid was, niet heeft ontraden. Ook deze fractie wees erop, dat je bij de toepassing van het wetsartikel over de huisvesting ‘verschillende kanten uit kunt kijken’.
De publieke belangstelling voor deze raadsvergadering was opvallend klein.