De wonderbaarlijke stilte in ‘n natuurgebiedje bij Breda
Verzetsdrama op de Vloeiweide kostte hier 16 Nederlanders het leven
Twee keer ben ik er naar op zoek geweest, twee keer kon ik het niet vinden, zo wonderbaarlijk ligt het natuurgebied De Vloeiweide verstopt in de driehoek Breda-Rijsbergen-Etten. Het wonderbaarlijke zit ‘m in het feit dat die driehoek niet meer is dan een uitloopgebied van de stad; aan twee kanten ook nog eens begrensd door autosnelwegen. En in het gegeven dat het er ondanks dit alles nog zo stil is.
Vroeger – en daarmee denk ik aan meer dan een halve eeuw geleden – zou het bereiken van De Vloeiweide vanuit de richting Breda, over de Rijsbergseweg geen enkel probleem zijn geweest. Ter hoogte van de toenmalige Kinderkolonie De Krabbenbosschen sloeg je rechtsaf een koolpad in en dan kwam je er vanzelf. Dat pad is nu onvindbaar doordat de eigenaar van het natuurgebied, het Brabants Landschap, de eigenlijke weidegronden tot (ontoegankelijk) stiltegebied heeft verklaard. Verharde wegen leiden je eromheen of ze lopen dood. Geen enkel bordje of aanwijzing.
De eigenlijke Vloeiweide is stiltegebied en als zodanig niet toegankelijk. |
Sintelweg
Als je het niet meer weet, ga je Googlen. Via een uitgezette fietstocht door de Baronie van Breda kwam ik de Vloeiweide weer op het spoor om vervolgens de exacte locatie te bestuderen op Google Maps. Vanaf de eerste rotonde in Rijsbergen moet je de Ettenseweg op; na ’n paar kilometer is het rechtsaf de Hellegatweg in. Google noch navigator weten van de naam Vloeiweide, maar het gebied ligt aan het einde van de Sintelweg, ooit zoals de naam aangeeft half verhard met koolas, nu met grind. Nu pas, nadat ik er geweest ben en het kaartje opnieuw bekijk, komt me helder voor de geest te staan wat er is gebeurd: de Sintelweg liep oorspronkelijk vanaf de Rijsbergseweg (Krabbenbosschen) via de Vloeiweide naar de Hellegatweg en de Ettenseweg. Ze is nu door het gesignaleerde stiltegebied onderbroken.
Vanwaar al die moeite, vanwaar dat onstuitbare verlangen, weer eens op De Vloeiweide te zijn? Het heeft allemaal met het verleden te maken; met jeugdherinneringen, ten nauwste verbonden met de oorlog en het drama dat zich op 4 oktober 1944 op die Vloeiweide heeft afgespeeld.
In een bakstenen reconstructie van de plattegrond van een huis, waarin naaldbomen zijn geplant en lelietjes der dalen en ’n enkel vergeetmijnietje bloeien, staat een forse gedenksteen, waarop in de stijl van de latere jaren veertig, gedeeltelijk nog in de spelling van voor die van Marchant (1934) het verhaal wordt verteld. Ik neem de tekst letterlijk over:
Alsmede tot aandenken aan het heldhaftig sterven van:
hun medestrijders
H. Brautigam, J. Bakker, C. v.d. Boogaard, J. v.d. Heuvel, H. Hofman, J. Nelissen, F. de Visser, J. de Vries
Zij werden hier gevangen genomen en op de schietbaan in het Mastbosch bij Breda gefusilleerd op 5 October 1944.
Voorbijganger die dit leest, wil bedenken deze grond, waarop gij staat, is gewijd door Nederlandsch bloed.
Zij stierven voor U. Leef gij voor hen en voor de idealen, waarvoor zij zich gaven.
Het eerste wat ik bij het herlezen van dit verhaal dacht: was het destijds ook maar zo moeilijk vindbaar geweest.
Er zijn verschillende lezingen van deze geschiedenis in omloop. Sommigen zagen aanleiding het te romantiseren; Johan Diepstraten schreef er een kinderboek over.
Paul Windhausen
De leider van de verzetsgroep, Paul Windhausen, was tekenleraar aan het Onze Lieve Vrouwelyceum in Breda. De straat waaraan deze school ligt is na de bevrijding naar hem genoemd.
Jam
De woning, waarvan de gedenksteen spreekt is het huis van boswachter Neefs. Volgens één van de verhalen, wist hij te ontkomen. Zijn vrouw en drie kinderen zaten in de kelder en zouden zich met inmaakjam hebben ingesmeerd, om bij de Duitse belagers (en Nederlandse verraders?) de indruk te wekken dat ze gewond waren. Voordat de tegenstanders het huis in brand staken, zou er een vuurgevecht van ongeveer twee uur hebben plaatsgevonden. Daarbij sneuvelden, vlak voor de bevrijding van Breda, ook vijf Duitsers.
Op een gegeven moment moet Windhausen zich met een witte doek naar buiten hebben begeven om voor de vrouw en de kinderen een vrije aftocht te vragen. Hij werd zonder pardon doodgeschoten. Eén onderduiker ontkwam later aan de fusillade in het Mastbosch (omdat-ie geen verzetsstrijder was), maar moest er wel getuige van zijn. Inclusief de boswachtersvrouw en de drie kinderen, stierven zestien Nederlanders.
Jam
De woning, waarvan de gedenksteen spreekt is het huis van boswachter Neefs. Volgens één van de verhalen, wist hij te ontkomen. Zijn vrouw en drie kinderen zaten in de kelder en zouden zich met inmaakjam hebben ingesmeerd, om bij de Duitse belagers (en Nederlandse verraders?) de indruk te wekken dat ze gewond waren.
Voordat de tegenstanders het huis in brand staken, zou er een vuurgevecht van ongeveer twee uur hebben plaatsgevonden. Daarbij sneuvelden, vlak voor de bevrijding van Breda, ook vijf Duitsers.
Op een gegeven moment moet Windhausen zich met een witte doek naar buiten hebben begeven om voor de vrouw en de kinderen een vrije aftocht te vragen. Hij werd zonder pardon doodgeschoten. Eén onderduiker ontkwam later aan de fusillade in het Mastbosch (omdat-ie geen verzetsstrijder was), maar moest er wel getuige van zijn. Inclusief de boswachtersvrouw en de drie kinderen, stierven zestien Nederlanders.
Natuurlijk is er na de oorlog ook kritisch geschreven over ‘onverantwoorde risico’s’ die de verzetsgroep zou hebben genomen en zelfs het Kuifjeachtigegedrag dat zij zou hebben vertoond. Maar dat blijft praat achteraf en tast voor mij het wezen van de sobere tekst op de gedenksteen niet aan.
Met één van de de daarop vermelde gesneuvelden, Harry van de Sande, hadden wij als jongeren een bijzondere band: Hij kwam evenals wij uit ’t Ginneken (sinds 1943 een stadsdeel van Breda). Wij noemden onze voortrekkersgroep (oudste categorie scouts) naar hem: Harry van de Sandestam. De band hield ook in, dat wij elk jaar, op de eerste zondag na 4 oktober, assistentie verleenden bij de gebedsdienst (toen nog h.mis), die dan op de Vloeiweide werd gehouden. De nacht tevoren kampeerden we daar. Volgens bronnen die nu op het internet te vinden zijn, bestaat de herdenkingstraditie nog steeds.
Googlemaps. De tekst Vloeiweide heb ik zelf aangebracht.
Ik sta voor het monumentje en zou durven zweren dat het sindsdien een kwartslag is gedraaid en enkele meters is verschoven in de richting van de plek waar ooit het boswachtershuis stond. Ook heb ik de indruk dat het ‘grondplan’ kleiner is dan het huis in werkelijkheid was. Het ‘andere’ zit ‘m ook in de volle manifestatie van de lente: het frisse groen, de bloeiende lelietjes, de vogels die de stilte accentueren. Toen was het herfst en vlamden de Amerikaanse eiken.
Tegenover het monument, tussen de heesters, staat een bank. Je hoeft de oorlog niet te hebben meegemaakt, om onder de indruk te raken van deze bijzondere plaats. Ik was blij de Vloeiweide weer te hebben gevonden.
In de auto, rijdend richting Etten, hoorde ik een stuk uit HändelsMessiah: ‘A Child is born’. Hoe staat het er ook weer in dat aandoenlijke Nederlands? ‘Leef gij voor hen’.
Guido t’Sas
Download een reportage (Worddoc), kort na de oorlog geschreven door de sportjournalist Joris van den Bergh (1882-1953), waarin het Vloeiweidedrama enigszins geromantiseerd wordt beschreven.
Meer informatie: Maria Koyen
09.06.11
Meer (achtergrond)informatie over het Vloeiweidedrama heb ik gevonden in het Familieboek Koyen (2006), dat mij dezer dagen, in verband met de vriendschappelijke relatie tussen zijn en mijn familie, cadeau is gedaan door Toon Koyen in Gilze. Zie ook Kanttekeningen onder ‘Dagboek van een moeder in oorlogstijd’ .
De latere jachtopziener Maria-Justinus Ernest Neefs is volgens het stamboomregister in dit boek geboren op 21 juli 1897 in Mol (B) en overleden op 27 juli 1975 in het Ulvenhoutse rusthuis De Donk. Hij trouwde in 1922 met Maria Cornelia Koyen, geboren op 29 juni 1899 in Meir (tegenwoordig Meer, gemeente Hoogstraten – B). Dit is dus de vrouw, die op 4 oktober 1944 met drie van haar acht kinderen omkwam, doordat ‘een Nederlandse SS-er een handgranaat in de kelder wierp, waarin het gezin schuilde’.
Maria Koyen –> en drie van haar kinderen. Foto uit Familieboek Koyen.
De drie gesneuvelde kinderen zijn: Marie Emile (Emiele) Neefs, 18 jaar, Maria Francisca (Riet) Neefs, 16 jaar en Cornelis Jacobus (Correke) Neefs, 4 jaar. Niet duidelijk is, wie van Maria’s kinderen op de hierbij getoonde foto staan.
De naam van Maria leeft in de Bredase wijk Haagse Beemden voort in een naar haar genoemd pleintje: Maria Koyen Hofje.
Over hoe het boswachter Neefs verder is vergaan, vermeldt het Koyen-boek: Hij wist te ontsnappen, werd later alsnog door de Duitsers gearresteerd, maar zag toch weer kans, te ontkomen. Hij zou na de oorlog weinig dank en erkenning hebben ondervonden voor wat hij op het spel had gezet en zelfs ‘verbitterd een strijd hebben moeten voeren om een woonplaats te verkrijgen. In 1966 woonde hij met zijn tweede echtgenote op een bekrompen zolderkamer in het centrum van Ulvenhout’.
Drie van de vijf kinderen Neefs die het drama overleefden zijn naar Canada geëmigreerd.
De wonden van de Vloeiweide https://t.co/ZP0078aeAj
— hhBest (@ecluse) 5 oktober 2015
Na 71 jaar
( Update, 6 oktober 2015)
Het monument op de Vloeiweide na 71 jaar, daags na de jaarlijkse herdenking. Er is nu ook een zeer fraai herdenkingspaneel geplaatst, waarop het verhaal wordt verteld en historische foto’s, waaronder de portretten van alle slachtoffers, zijn te zien.
(Update 11 december 2015)
Eigenaar Brabants Landschap laat bij de fundamenten van de boswachterswoning een fruittuin aanleggen. Bericht in BN/DeStem.
[…] 2003 (1) Recente reacties De wonderbaarlijke stilte in ‘n natuurgebiedje bij Breda op Dagboek van een moeder in oorlogstijdEcluse op Monumentaal hek in Turnhout op ‘t nippertje […]
Mooi,indrukwekkend
Ik ben Theo Rombouts uit Rijsbergen en lid van het bestuur van de Stichting Vloeiweide en al jaren nauw betrokken bij de jaarlijkse herdenkingen.
Naast de belangstelling voor de vloeiweide hebben wij nog meer gemeen, en dat is ook de reden van mijn reactie. Ik ben ook een scout in hart en nieren altijd geweest en nog steeds actief binnen scouting, (ondanks mijn leeftijd 74)
Een paar opmerkingen aangaande Uw artikel: De fundering van de boswachterswoning ligt exact op dezelfde plaats en heeft ook de afmetingen die de woning toen had. De bomen die binnen de fundering staan, zijn er niet in geplant maar zijn er spontaan in gegroeid.
Het verhaal dat moeder Neefs en de kinderen met jam in hadden gesmeerd, is geheel onjuist. De moeder en drie kinderen kwamen om het leven. Twee kinderen die toen ook in de kelder zaten leven nog steeds en zijn ook jaarlijks bij de herdenking.
Zat indertijd ook – vanuit de Charles de Foucauld groep – bij de Harry vd Sande stam en heb ook diverse jaren geassisteerd bij de herdenking.
Inderdaad werd dan de avond voorafgaand aan de herdenking gekampeerd. vaak bij de boer (Sprenkels??) voor het (nu) stiltegebied de Vloeiweide.
Diep respect voor allen die meehielpen aan alle geschiedschrijving.Heel belangrijk voor nu en in de toekomst.