Het Nieuwste Brabant
5. Van wantrouwen naar redelijkheid
Sterke stadscultuur. De Binnendieze onder de Kruiskerk of Sint Cathrien in Den Bosch. Met een rondvaartbootje dat over deze zogenaamde kerkstroom van de Binnendieze vaart. Foto © Jan van de Ven
‘De verhouding tussen overheid, burgers en organisaties is volop in beweging. De stevig geconstrueerde infrastructuur van de verzorgingsstaat knarst en piept in toenemende mate met de wijze waarop Brabanders zich bewegen in de publieke ruimte’. Dit is een van de opmerkelijke uitspraken, die onderzoeker Jeannette den Hartog doet in haar grondige beschouwing. Den Hartog is als onderzoeker en adviseur verbonden aan het Provinciaal Opbouworgaan Noord-Brabant in Tilburg, dat het Provinciaal Bestuur, Gemeentebesturen en maatschappelijke organisaties van advies dient.
In de beschouwing van Jeannette den Hartog lezen we verder: ‘Steeds meer mensen nemen het heft in eigen hand en regelen zaken ten bate van zichzelf en hun directe omgeving. Tegelijkertijd is het vertrouwen in de overheid en instanties historisch laag. Dit is een Europese trend, maar in Brabant sterker zichtbaar dan elders. Er is sprake van een stevige botsing tussen de institutionele werkelijkheid en de logica van de burgers’.
Den Hartog wijst er op, dat er veel aandacht is voor de verschuiving van professionele taken naar de burger, maar dat in de verantwoordelijkheden geen fundamentele veranderingen plaats vinden. Anders gezegd: de burger moet meer zelf doen, maar krijgt van de overheid daarvoor niet meer verantwoordelijkheid. Kort samengevat ziet zij als oplossing dat overheid, burgers en maatschappelijke instellingen meer dan tot nu toe de dialoog moeten aangaan. In het aanpakken van concrete maatschappelijke vraagstukken, maakt wantrouwen plaats voor redelijkheid. Op die manier kan sociale vernieuwing in onze provincie op gang komen. Tegenover het vastgestelde lage vertrouwen in de overheid staat overigens wel het gegeven dat het saamhorigheidsgevoel van de Brabanders en hun onderling vertrouwen hoger scoort dan op landelijk en Europees niveau. Terecht kan Brabant hierop trots zijn, zo tekent zij aan.
Een droom
Op het gebied van ‘het nieuwste organiseren’ maakt prof. dr. Anton Zijderveld, bekend met Brabant vanwege zijn hoogleraarschap in Tilburg (1971-1985) ons deelgenoot van een droom over het nieuwe Brabant. Hij ziet West-Brabant als een relatief omvangrijke euregio, die zich uitstrekt van Rotterdam tot Antwerpen en West-Vlaanderen. Het spreekt vanzelf dat ook de regio Tilburg daarin eventueel in euroregionale samenwerking met Turnhout – de Belgische Kempen – essentieel zal worden. Eindhoven zal zich, wil het niet geïsoleerd raken, regionaal moeten verbinden met ´s-Hertogenbosch, dat met zijn oude geschiedenis altijd door een sterke stadscultuur is gekenmerkt.
De combinatie Eindhoven-’s Hertogenbosch zou ook euregionale netwerken -samen met Nijmegen, Arnhem, Venlo en Roermond – kunnen aangaan met het Ruhrgebied (Krefeld, Mönchengladbach). Het provinciebestuur zou samen met de gemeenten deze regionalisering moeten faciliteren en inspireren en waar nodig staatsrechtelijk moeten controleren, aldus prof. Zijderveld.
Voor de goede orde: het is een droom, maar wel een mooie droom!
Volgende aflevering: Opgeklopt Brabantgevoel
Aflevering 1, 16 augustus 2014
Aflevering 2, 23 augustus 2014