Sprakeloos van The King’s Speech
The King’s Speech kreeg de afgelopen nacht de Oscars 2011 voor de beste film, de beste acteur (Colin Firth als George VI ) en de beste regie.
Filmbespreking door Sante Brun
Lionel Logue was een amateurtoneelspeler in Perth, Australië en hij had per ongeluk te maken gekregen met mannen die na de Eerste Wereldoorlog naar huis teruggekeerd waren met ‘shellshock’, een toestand die maakte dat ze hevig stotterden of helemaal niet meer konden praten. Logue bleek met zijn onorthodoxe methoden succes bij hen te hebben en hij kwam uiteindelijk in de Londense ‘medische wijk’ Harley Street terecht als een soort voorloper van een logopedist.
De hertog van York wordt, doordat zijn broer de voorkeur geeft aan een huwelijk met zijn nogal promiscue Amerikaanse vriendin Wallis Simpson boven zijn koningschap als Edward VIII, nogal onverwacht koning van Engeland als George VI.
Maar hij is vanaf zijn vierde of vijfde jaar gedwongen geworden zijn linkshandigheid om te zetten in rechtshandigheid en tegenwoordig weten wij dat heftig stotteren daar het gevolg van kan zijn. De man die aan ziet komen dat hij de nieuwe koning zal zijn, vindt het verschrikkelijk, want een koning houdt toespraken, tegenwoordig zelfs via de radio.
Zwaar gehinderd door het koninklijk protocol neemt hij op initiatief van zijn vrouw Elizabeth spraakles bij Lionel Logue. Met name voor de hertog van York, inmiddels George VI, draait de spraakles uit op een warme verstandhouding tussen de spreekleraar en de koning. Alles culmineert in de beroemde toespraak die George VI hield voor de radio, direct na de oorlogsverklaring van Engeland aan Duitsland in september 1939. Ongestotterd, dankzij Lionel Logue.
Dat is het verhaal van The King’s Speech.
Wenkbrauw
Wat een schitterend gemaakte film. De juiste maar geen kruiperige dosering royalty, een feilloze casting, misschien nog meer van Geoffrey Rush als Lionel Logue dan Colin Firth als George VI. Maar de koningin Elizabeth, zelfs de dochters Elizabeth en Margaret, Baldwin, Chamberlain en bovenal Churchill, hoe komen die Engelsen toch aan al die prachtige en prima gelijkende acteurs? Edward VIII en Wallis Simpson, ook perfect.
Over juiste dosering gesproken: de ongelooflijk trefzekere dosering van kille royalty die het ontstaan van een goede relatie met Logue aanvankelijk in de weg staat – culminerend in het subtiel optrekken van één wenkbrauw door Logue in een discussie met de pompeuze aartsbisschop van Westminster, dat gebaartje dat duidelijk verklaart hoezeer de twee mannen, de spraaktherapeut en de koning, aan elkaar gehecht zijn geraakt.
Ondanks dat er visueel eigenlijk weinig gebeurt zit je de gehele film geboeid aan het scherm. Het gaat vaak inderdaad om blikken, om hoofdbewegingen, het al genoemde vagelijk optrekken van een wenkbrauw; de onderkoelde buitengewoon Britse manier van spreken doet de rest – dat nog aangevuld met de originele geluidsopnamen van de abdicatie van Edward VIII en de rede van George VI waarmee de film feitelijk eindigt.
Een meesterwerk van regisseur Tom Hooper.
Wim de Bie vindt zelfs dat Rush de Oscar had moeten krijgen.
Ja, dat vraag ik mij al tientallen jaren ook af: hoe komt Engeland toch al die jaren steeds weer aan die fantastische acteurs, regisseurs en scenarioschrijvers? Ik heb the Kings speech nog niet gezien maar ik ga zo gauw mogelijk. Leuk Guido, dat je ook zo’n fan bent van Brits drama.
Ja, klopt, hoewel de recensie is van Sante Brun.
Het zal er wel mee te maken hebben dat ik een ouwe man ben die bewust WO2 heeft meegemaakt, maar ik heb bij die ultieme speech zitten janken. Wat een regie trouwens ook.
En wat die Engelse acteursprestaties betreft, die zijn terug te voeren tot Shakespeare. Het zit hun in de genen. Het theater heeft bij ons eeuwenlang in het calvinistische verdomhoekje gezeten.
O ja, een hinderlijke vertaalfout. Vanmorgen hoorde ik toevallig een diplomaat bestraffend reageren op een radioverslaggever, die het had over ‘de majesteit’. Dat is inderdaad Wilderstaal, gecopieerd van puberaal mediageweld. Wat er ook van zij, zo werd zeker in 1939 onder de Britten niet over his majesty gesproken.
De film bevat trouwens ook een min of meer anachronistisch grapje. Als de koning met onder anderen Churchill door een paleisgang loopt, heeft die, ietwat besmuikt met afhangende arm, een sigaar in de hand. Lijkt me protocollair ook ondenkbaar.