Apaches
e apaches vormden een criminele bende in Parijs rond 1900. Hoe twee Madrileense jongens dat wisten, is mij niet bekend maar onder die naam sluiten zij als jonge knullen een verbond. Ze debuteren als fietsendieven. Twee totaal verschillende karakters, in al evenzeer uiteenlopende milieus. Miguel groeit op in het keurige gezin van een (al te) goedmoedige goudsmid; zijn vriendje Sastre kon het niet slechter getroffen hebben met een misselijk makende, brute pa. Hij wordt door Miguels familie opgevangen. Nochtans groeit hij op voor galg en rad. Een twaalfdelige Netflix-serie uit 2016 die ons buitengewoon is bevallen.
Miguel heeft een prima baan als journalist bij een persbureau, als zijn vader door toedoen van een corrupte compagnon in financiële problemen raakt. De jongen besluit – volkomen tegen zijn aard in – zijn vader te gaan helpen, herstelt het contact met Sastre en samen lukt het hen jarenlang op juwelen- en goudroof te gaan en ‘onder de radar’ te blijven.
In Miguel en Sastre herkennen we twee getalenteerde jonge acteurs die ook glansrollen speelden in de eveneens Spaanse Netflix-serie Gran Hotel, namelijk Alberto Ammann en Eloy Azorin.
We zagen nogal eens van deze streamingdienst series met een onbevredigend einde (punt aan gezogen), zo niet dat van Apaches, al blijft het een wonder dat het tweetal definitief aan de grijparm van de politie weet te ontsnappen. De solidariteit van wat heet ‘De Buurt’, is als verklaring daarvoor iets te mager.
De serie is gemaakt naar een roman van Miguel Sáez Carral.