En weer was de winter heel zacht
Peter Stiekema
En weer hebben we een hele slappe winter achter de rug. De winterperiode van 2018/1019 heeft een koudegetal van 12.1 opgeleverd. En daarmee komt de winterperiode van 1 november tot en met 31 maart (vijf maanden) op de 110e plaats sinds de metingen van het KNMI in 1901 begonnen. Het koudegetal, naar zijn bedenker ook wel Hellmanngetal genoemd, is de som van de gemiddelde etmaaltemperaturen met een negatief cijfer. En 12.1 is daarmee heel gering, een hele zachte winter kortom.
De allerzachtste winter in de metingen is die van 2013/2014 dat een koudegetal van 0 opleverde. Er waren geen dagen dat de gemiddelde temperatuur onder de nul graden uitkwam. Deze winter staat op de 119e en laatste plaats. Ook de winters van 2014/2015 (114e met een koudegetal van 7,8) en 2015/2016 (112e met 9.6) waren buitengewoon slapjes. Alleen 2016/2017 leverde een iets hoger getal op: 36 met een 72ste plaats). Maar ook die krijgt nog steeds het predikaat zacht.
De komende dagen krijgen we te maken met wat nachtvorst, slecht voor de bloesems in de fruitbomen. Maar gelukkig wordt het volgende week vanaf maandag al weer wat warmer met temperaturen die richting de 15/16 graden gaan.
Voor een lijst van alle winters sinds 1901, die nog steeds wordt aangevoerd door de zeer strenge winters van 1947 en 1963 leze men:
https://www.knmi.nl/nederland-nu/klimatologie/lijsten/hellmann
Al jaren heb ik het gevoel dat de seizoenen ‘opschuiven’. De droogste slaat trouwens weer toe. Houd als je buiten bent de natuur goed in de gaten en 112 bij de hand.