Eenzaamheid en/of zelfmoord
Boekbespreking door Sante Brun
ater Murakami. Ik las gisteren de laatste pagina’s van deel 2, waarin de Japanse schrijver keurig alle losse draadjes ordent en eronder zet: einde deel 2.
Daarna meteen In het buitengebied van Adriaan van Dis. Daar doe je geen twee weken over, alles bij elkaar iets meer dan twee uur.
Maar het eerste verhaal daarin gaat wel over een Japanse robot, en in een van de andere verhalen wordt Mozarts opera Don Giovanni genoemd, en die is zo’n beetje het onderwerp waar die hele dubbelroman van Murakami over gaat.
Bovendien is die Japanse robot een vrouw genaamd Akiko; ze is nog experimenteel en als je haar bestelt dan krijg je op afstand begeleiding van het Brain Team. De ik-figuur in het boek (net als in de boeken van Murakami geen naam) probeert een liefdesrelatie met Akiko aan te gaan, tegen de eenzaamheid, maar niks. Ze gaat dan ook retour afzender. Van Dis is nog niet zo overtuigd van de robotisering.
Van Adriaan van Dis weten we dat hij enige tijd geleden zijn woonplaats Parijs verruilde voor een hutje in de Achterhoek. Dat hutje speelt een rol in alle verhalen van ‘In het buitengebied’, ze gaan over een schrijver die zich omringt met herinneringen aan van alles en nog wat, die ooit in Parijs woonde en die een ietwat afstandelijke, keurige heer is. Eenzaam en minzaam.
Het is dan ook goed dat Van Dis ‘Een opmerking’ toevoegt waarin hij bezweert dat de verhalen niet autobiografisch zijn. (En hij geen aambeien heeft). Maar dan bedoelt hij toch zeker ‘in zoverre niet autobiografisch dat het niet saai is’, saai is immers van veel autobiografieën een treffende eigenschap.
Hoe dan ook, de scherpe, bijna genadeloze beschrijving van een asociaal huishouden in zijn omgeving, het mededogende relaas van het bezoek van de negentigjarige voormalige geliefde die haar herinneringen bij hem komt verbranden en het sarcastisch-ironische stuk over de gefortuneerde of anderszins adellijke randstedelingen die neerstrijken in de Achterhoek, het zijn ijzersterke verhalen die naar (veel) meer smaken.
Van Dis somt in die pagina met ‘een opmerking’ de auteurs op van wie iets geciteerd wordt in het boekje. Hij vergeet er daarbij een: ‘Claire Begeman, een vrouw die in Leiden schreeuwen had geleerd’ is zonneklaar een licht geparafraseerde zin uit een gedicht van Gerard Reve, getiteld ‘Uit mijn leven’: ‘Een vrouw van Duitse afkomst die in Friesland schreeuwen heeft geleerd’ – Het zingend hart, pagina 13.
‘In het buitengebied’, autobiografisch of niet, is blijkens het titelblad, een ‘roman in verhalen’. Inderdaad zie je twee thema’s steeds terugkomen: dreigende eenzaamheid en de aarzeling om er maatregelen tegen te nemen – het tweede, zelfmoord als het niet meer gaat, is eigenlijk net zoiets. De aarzeling bemoeit zich daar vooralsnog ook beslissend mee.