hhBest – Sinds 1996

J.C.M. van der Schoot

indelijk komt er dan toch uit Den Haag enige reactie op het nijpende probleem van de groeiende veestapel in onze provincie. Een reactie uit Den Haag op ongewenste ontwikkelingen kan soms jaren op zich laten wachten, zo ook in dit geval. Hoe vaak is al niet gewaarschuwd voor de gevolgen van de groeiende veestapel voor de volksgezondheid?

Een zeer kleine minderheid bezorgde burgers en milieudeskundigen waarschuwde de afgelopen dertig jaar regelmatig dat de bestaande veehouderij in Brabant om tal van redenen op een dood spoor zou belanden. Maar ja, minderheden, wat doe je er mee? Die zijn er om gehoord te worden, maar niet om naar te luisteren. Voor de gevestigde orde zijn minderheden nog altijd lastige buitenstaanders.

Dan komt na jarenlang gedoe eindelijk een onderzoek op gang. Alleen al wat dit aan energie heeft gekost om het zo ver te krijgen…
Het is vaak hetzelfde liedje: ‘Zijn er harde cijfers? Is er wetenschappelijk onderzoek? Rapporten uit het buitenland? Dat zijn andere situaties’ .

Nog maar enkele weken geleden zijn bezorgde huisartsen en bewoners openlijk weggezet als stemmingmakers. Nu is dan eindelijk bewezen dat er wel degelijk gezondheidsrisico’s kleven aan de veehouderij door uitstoot van stof en bacteriën. In een gebied met intensieve veehouderij neemt de longfunctie van mensen met 2 tot 5 procent af door uitstoot van fijnstofdeeltjes, waarin ook ammoniak een rol speelt. Andere ernstige gevolgen, zoals de uitputting van de grond en de fatale invloed op het klimaat vragen overigens ook om daadkrachtig handelen.

De vraag is nu hoe ver bijvoorbeeld een wet op de dieraantallen zal gaan. Zo maar ‘n vraag: Houden we het in Zuidoost-Brabant op 2.3 miljoen varkens en 12 miljoen kippen of levert vermindering van uitstoot door verbeterde techieken ruimte om deze aantallen op dit peil te houden of zelfs te verhogen? (Voor heel Brabant gelden de cijfers: bijna 6 miljoen varkens en 28 miljoen kippen).
Komt er een stop op uitbreiding van de veestapel en een regeling voor de boeren, die als gevolg daarvan in grote financiële problemen zullen raken? Natuurlijk, de boeren maakten als zelfstandige ondernemers zelf deel uit van de vaak bekritiseerde ontwikkeling, maar het waren de overheden (rijksoverheid, provinciebestuur en gemeentebesturen), die de ontwikkeling stimuleerden. De gevestigde politieke orde, CDA met zijn sterke lobby voor de agrarische sector, gesteund door de eigen (voormalige) Boerenleenbank, vloeide naadloos over in het sinds enkele jaren gepropageerde liberale handelen. Het hoeven niet alleen burgers te zijn, die om dit alles boos zijn, maar de boeren kunnen dat terecht ook zijn!