Duurzaam Brabant vergist zich
J.C.M. van der Schoot
Met de vaststelling door Provinciale Staten van de ‘Verordening Ruimte en de Brabantse Zorgvuldigheidsscore Veehouderij’ is de agrarische sector een nieuwe fase in gegaan. Hoe die fase –naar een duurzame veehouderij in 2020– in de praktijk uitpakt, moeten we nog zien. Vaak is er voor gepleit om concreet de veesector in te krimpen, maar de bestuurders hebben oren en ogen dicht gehouden. Milieugroepen en actiegroepen zijn zeer teleurgesteld. Heel begrijpelijk, want Brabant is kampioen als het gaat om de hoogste veedichtheid van Europa.
De nadelen van de intensieve veehouderij, hoge concentraties stank, mest, stikstof, fijnstof en de risico’s voor de volksgezondheid (denk aan de Q-koorts van 2008-2012: 25 doden!) hebben de bestuurders niet verder kunnen brengen in hun besluitvorming dan dat het aspect van de gezondheid van omwonenden een rol moet spelen. Dat is magertjes geformuleerd als men beseft welke risico’s omwonenden, maar ook de boeren zelf, lopen.
Voorzitter Hans Huijberts van de boerenorganisatie ZLTO zegt in een interview in het Eindhovens Dagblad naar aanleiding van de nieuwe regels: ‘Boeren doe je samen met je buren’. Het is mooi gezegd, maar daar houdt het wel mee op, dunkt me. Hoe stelt hij zich dat in de praktijk voor? Een boer klopt aan bij zijn buren met de mededeling:’ Is het goed dat we vandaag of morgen bij jullie op de koffie komen, want we zijn van plan om er nog een stal bij te zetten? Met alle respect, maar ik vrees dat we de rijdende rechter voortaan alleen zien op een boerenerf.
Het Provinciaal Bestuur heeft de gemeentebesturen weten op te zadelen met de meest ondankbare klus door namelijk een groot deel van de verantwoordelijkheid voor de uiteindelijke gang van zaken in de praktijk van alle dag bij de gemeentebesturen te leggen, ‘omdat die het dichtst bij de bevolking zitten’. Juist daarom zou enige ‘afstand’ gewenst zijn geweest. Menige burgemeester, wethouder en raadslid ziet de bui al hangen. Zij krijgen de kritiek van de boeren op hun bordje en dat gaat ongetwijfeld hier en daar tot nog grotere spanningen leiden.
Er zijn agrariers, die vrezen dat de sector op een dood spoor zit, want om te mogen uitbreiden zijn -gezien alle nieuwe regels- forse investeringen nodig en lang niet iedereen kan die opbrengen. Dat zou dan betekenen dat op termijn nog meer boerenbedrijven dan tot nu toe het geval is verdwijnen. Kapitaalkrachtige agrarische ondernemers (en hun banken) zullen hun kansen nemen en die bedrijven overnemen.. Het gevolg kan zijn: nog grotere concentraties vee en uiteindelijk ook een toename van de veestapel, ongetwijfeld voorzien van eigen mestvergisters. Ik vrees, dat duurzaam Brabant zich vergist….