Wees gerust, Frau Merkel
Komend vanuit de Friedrichstrasse, keek ik verrast op, naar wat er gebeurde aan Unter den Linden. Nee, niet naar de bouwkranen van de nieuwe Ubahn-lijn. Daar waren we op voorbereid. De boel ligt daar immers al járen open. Maar dat klassieke gebouw met koepel aan de overkant? Een reconstructie of restauratie? Berlijn is zich nog steeds aan het herstellen van de verwoestingen in 1945. Blijkbaar.
Na alles wat we meer gezien hadden op de warmste dagen van het jaar, ook in Berlijn, drong zich bij dit overweldigende beeld deze gedachte op: wees gerust, Frau Merkel, wanneer u straks de verkiezingen in gaat. Al zullen de mannen, die zich in een showroom aan genoemde Friedrichstrasse staan te vergapen aan een rood-zwart gelakte Bugatti, dat ding nooit kunnen kopen.
Er zijn twee spectaculaire methodes om in twee-en-een-halve dag een overzicht van het herenigde Berlijn te verkrijgen: je in 40 seconden naar het platform van de Fernsehturm op 203 meter hoogte te laten liften, waar je de grootstad 365 graden in het rond kunt overzien; en bij voorbeeld bij het Haus der Kulturen der Welt op een rondvaartboot te stappen, die je op de Spree langs de belangrijkste monumenten en een reeks indrukwekkende vruchten van moderne architectuur voert.
Straatverkopers op de Alexanderplatz.
Voor vrijwel al het overige was het eigenlijk te warm. Toch zetten zich op de Alexanderplatz nog een tiental mensen op de geïmproviseerde tribune voor het straattheater: ‘Berlin Lacht’ (waar het ooit heeft gehuild). Fassbinders’ Franz Biberkopf zou zich trouwens de ogen uitwrijven bij het zien van ‘zijn plein’ dat natuurlijk in de verste verte niet lijkt op dat van rond 1930.
Toch had het nog een verrassing in petto: Bij het afdalen naar de Ubahn kwamen ons de klanken van Vivaldi’s ‘De Zomer’ tegemoet. Levensmaatje zei achteraf, dat het haar een slechte grammofoonplaat had geleken, maar op het moment-zelf lieten twee accordeonisten een roerende interpretatie horen van het op dat moment wel heel toepasselijke deel uit De Vier Jaargetijden. Het publiek was dan ook royaal met giften.
Trouwens veel mooie, goed (uit)geklede vrouwen gezien. Toen ik dat tegenover L. opmerkte, zei ze: wijs ze me dan de volgende keer maar eens aan. Goddank kon ik dat in één geval doen.