Over Provinciale bestuurders en hun dwingelandij
J.C.M. van der Schoot
Er was ‘ns een Brabantse Gedeputeerde, die af en toe dacht dat hij het in zijn eentje voor het zeggen had. Deze Provinciale bestuurder zei in 2003 in een interview bij zijn aantreden, dat hij best eigenwijs was, maar dat hij ook open stond voor tegenspraak. Dat stond hij dus niet.
De naam van deze Brabantse bestuurder: Paul Rüpp, van 2003 tot 2009 gedeputeerde van Ruimtelijke Ordening. Hij had de ambitie de leefbaarheid van het Brabantse platteland veilig te stellen en noemde dat toen een mega-project. Niet gelukt. Er kwamen wel meer veestallen en de intensieve veehouderij groeide nog intensiever. In 2008 zorgde hij er voor dat op een dag tijd zijn naam op ieders lippen lag. Hij kondigde aan, dat de Provincie uit het regionaal overleg zou stappen, zodat de Provincie op eigen houtje de openingstijden in de weekends op Eindhoven Airport zou kunnen verruimen.
Een storm van protest stak op. Zo’n dictatoriale bestuurlijke neiging had men anno 2008 niet voor mogelijk gehouden. Tijdens een debat over deze zaak stelde hij: ‘Wij hebben ook een zorg voor de rentabiliteit van de vliegmaatschappijen’. Wel bezorgdheid voor het financieel florerende Ryanair c.s., geen zorg voor de leefbaarheid.
In schril contrast met de bestuurlijke daden van de heer Rüpp staan dan ook de schokkende cijfers van het kersverse onderzoek van de GGD, dat ruim 17.000 bewoners in de ruime omgeving van Eindhoven Airport ernstige geluidshinder en stank ondervinden en dat 30.000 inwoners zich grote zorgen maken over hun veiligheid en gezondheid. De Provinciale verdediger van de leefbaarheid landde al snel na zijn grote bestuurlijke daden in 2009 veilig in de schoot van een hogeschool als voorzitter van het college van bestuur. Sinds kort is hij namens Brabant ook Kamerheer van de Koning. Kijk ´ns aan.
Ook nu is er weer een gedeputeerde zogenaamd daadkrachtig aan het werk: Ruud van Heugten. Weliswaar een beminnelijk glimlachende bestuurder, maar een die de gemeenten en betrokken partijen herhaaldelijk blijft dwingen tot een snel besluit over het vaststellen van het tracé voor de zogenaamde ruit om Eindhoven. Dat er die ruit komt staat voor hem vast. Voor diverse partijen echter niet. Er heerst twijfel aan het nut van het project, dat 870 miljoen gaat kosten en waarbij milieu en natuur het wellicht zwaar krijgen te verduren.
Van Heugten duwt verder. Hij zegt:’ Als we niet snel besluiten, missen we een rijksbijdrage van 260 miljoen’.
Zo worden de partijen onder druk gezet en tegen elkaar uitgespeeld. Bestuurlijke dwingelandij blijkt vaak een gevaarlijk spel voor bestuurders. Maar och, de meesten landen altijd wel ergens, veilig en wel.
Wat mij wel opviel in de uitslag van die GGD-enquête: vrijwel niemand wil Eindhoven Airport weg, ondanks de bezwaren. Het is zoals met de auto, we stikken in de CO2, maar we rijden lekker door. Ik ook hoor.