Wedstrijd in snel praten met wapperende handjes
Door J.C.M. van der Schoot
Bent u al gewend aan de nieuwe vorm van het NOS-journaal? Ik wel. De intro is veel rustiger, geen bliksemschichten en donder meer en ook geen piepgeluiden van de monitoren op de afdeling hartbewaking in het ziekenhuis. Alleen de dames en heren lopen nu op neer en dat is wennen. Dames op hun stiletto’s: klep,klep klep. Pas maar op, dat jullie in het aangezicht van het land niet omkieperen.
De dames en heren hebben niet alleen af en toe problemen met hun houding nu ze niet meer zittend maar lopend hun werk doen. Hun kleding zit zo strak, dat het bovenste knoopje er af dreigt te springen. Volgt de NOS de mode of dicteert de mode de NOS? En dan de snelheid van het spreken: snel, sneller, het snelst. Matthijs van De Wereld Draait Door was nummer een. Wellicht omdat hij niet anders kan en dit zijn handicap is.
Na Matthijs volgden Andries en zijn maat Tijs. Ze struikelen herhaaldelijk over hun woorden, want van huis uit zijn ze niet hyper getaald. De dames en heren van het NOS-journaal proberen het ook, maar als je als belangrijkste kenmerk van je vak normaal, rustig en duidelijk hebt leren spreken, leer je dat op bevel van je baas niet in een paar dagen af. Is supersnel spreken wel aan te leren? Sinds kort moet de boodschap ook door gebaren kracht worden bijgezet. Er wordt tegenwoordig wat afgewapperd met de handen, naar buiten, naar binnen, omhoog en omlaag.
Mijn advies? Spreek maar kalm. Wij hebben de tijd. Een minuutje meer of minder maakt ons niet uit. En houd de handen maar mooi thuis.